Reisverhaal «Lanzarote, aankomst en het noorden»
Lanzarote
|
Spanje
|
8 Reacties
06 Maart 2023
-
Laatste Aanpassing 13 Maart 2023
1. Lanzarote inleiding
Lanzarote is één van de 7 grote, bewoonde Canarische eiland, het meest oostelijk gelegen eiland. Het ligt ten westen van Marokko, op een afstand van ongeveer 115 km.
Canarische eilanden. Lanzarote ligt helemaal noordoost
De Canarische eilanden behoren tot Spanje.
Lanzarote is 62 km lang en 21 km breed. De oorsprong is vulkanisch en het is ongeveer 15 miljoen jaar geleden ontstaan.
In de jaren 1730 en in 1824 zijn er vulkanen uitgebarsten waarbij er 11 dorpen bedolven zijn onder de lava.
Er behoren nog 3 kleinere eilandjes tot Lanzarote zodat de totale oppervlakte iets minder dan 850 km2 is (België heeft een oppervlakte van 30.000 km2).
Landbouw is moeilijk omwille van de lava en de droogte. Om toch iets van gewassen te kunnen kweken zijn er muurtjes gebouwd rond de gronden om de gewassen tegen de wind te beschutten en om vocht te bewaren. Lavazand wordt op de grond uitgestrooid, ook al om het beetje vocht vast te houden. Hierdoor is er druiventeelt voor de Malvasiawijn mogelijk, daarnaast worden ook tomaten en zoete aardappelen geteeld. Cactussen zijn er om de Cochenilleluizen te kweken. Uit deze luizen wordt de rode kleurstof karmijn gehaald.
verder is er ook (zee)zoutwinning in het westen.
Om voldoende water te voorzien wordt zeewater ontzilt.
2. We komen aan op Lanzarote
3. Eerste week, het noorden
Tijdens de eerste week huren we een appartement in Punta de Mujeres.
0003 Punta de Mujeres is omcirkeld
Eerst een vlucht Brussel-Frankfurt, dan1,5 uur later dan oorspronkelijk voorzien, van Frankfurt naar Lanzarote. Hier is er een staking van het grondpersoneel, dus een tijdje wachten voor de trappen aan de deuren geplaatst worden, dan bijna een uur wachten tot de bagage afgehandeld wordt.
de band blijft stil, geen bagage ….
toch al iets te zien, het symbool van Lanzarote
Ondertussen ga ik langs bij CICAR, een autoverhuurbedrijf op alle Canarische eilanden. We waren er vorig jaar (op Gran Canaria) tevreden over.
Thuis had ik op Sygic, de GPS, Lanzarote ingeladen, dus ons verblijf is gemakkelijk gevonden. De afstanden zijn hier klein.
’s Avonds eten we in het restaurant Sol y Luna (zon en maan), dichtbij het strand. Plots zien we in het oosten een grote lichtgevende halve bol net boven de zee. Het kan de zon niet zijn, want het is avond en dan gaat de zon onder in het westen. Het blijkt dus de Luna, de maan te zijn die opkomt, en het is daarbij ook nog volle maan. Nog nooit zo groot gezien zo een grote rode maan.
een minuutje later is er al een grote bol
en nog 2 minuutjes later is de grote gele maan al even boven de horizon in het oosten. De naam van het restaurant is niet toevallig gekozen….
Rijden we vanuit Punta de Mujeres verder naar het noorden op Lanzarote dan is er maar 1 mogelijke weg, deze langs de oostkust. De zijkant van de weg kleurt dikwijls mooi rood, afwisselend met geel en wit, bloemen en planten staan in bloei
Rumex vesicarius, Indische zuring, komt op meerdere plaatsen ter wereld voor
Heel zelden is er een woning, vrij rudimentair, vooral gebouwd met lavabrokken
zonnepanelen en allerlei planten sieren de omgeving van het gebouw
naar de zeezijde is het gebouw witgekalkt en onderhouden
iets verder van de woonst is er enkel lava ….
… met hier en daar planten, sommige met mooie kleurrijke bloemen/bloemetjes
Wat verder is er een grindweg naar rechts, richting zee. Heel wat campers en hun bewoners hebben er de nacht doorgebracht
er staat wel een bord waarop vermeld is dat kamperen verboden is, toch zijn er voldoende vuilnisbakken voorzien zodat kampeerders hun afval kunnen achter laten
Tussen de lavabrokken, wat verder weg, hebben ook fietstoeristen met hun tentje een plakje gevonden….
bij hoogtij komt het zeewater hier via een geul dichtbij. Dus speciale planten te vinden
nu is het lage tij, het zand is zichtbaar
wanneer we richting zee wandelen zien we Orzola liggen, het meest noordelijke dorpje op Lanzarote
hier en daar trekt het laatste restje water uit de geul nog weg, straks stijgt het zeewater weer
richting binnenland hangen de wolken laag
we wandelen tot aan het water , af en toe zien we een zwarte krab zich gauw verstoppen tussen de zwarte lavarotsen
Ten noordwesten van Lanzarote ligt er nog een kleiner bewoond eilandje, La Graciosa, dat tot de Chinijo archipel behoort. De 2 km brede zeestraat tussen beide eilanden kreeg de naam El Rio, de Rivier. De ganse archipel is beschermd natuurgebied, buiten de bewoning om.
De 700 inwoners verblijven in het dorpje Caleta del Sebo. Het eilandje bestaat uit lava en aangewaaid zand, vanuit de Sahara via Fuerteventura.
Op La Graciosa zijn er geen waterbronnen, het ontzilt water wordt via een pijpleiding vanuit Lanzarote aangevoerd.
Om op het eilandje te komen is er een veerdienst vanuit Orzola, het meest noordelijk gelegen dorp, op iets meer dan 10 km verwijderd van ons verblijf.
kaart van La Graciosa
ligging van La Graciosa ten opzichte van het noorden van Lanzarote
Het hoogste punt is de vulkaan Las Agujas, 266m hoog.
Wanneer de wind uit het noorden komt zijn de golven en het water in El Rio zo heftig, dat de veerboot of erg op en neer gaat of zelfs niet uit vaart. Vandaag is het water rustig, dus we maken de overtocht.
het ontoegankelijke noordwesten van Lanzarote, gezien vanaf Orzola
Er zijn 2 maatschappijen die de veerdienst verzorgen (enkel passagiers, geen auto’s). Om het half uur vaart afwisselend de ene of de andere veerdienst.
de noordkust van Lanzarote, waar de veerboot langs vaart
de zuidelijke vulkaan op La Graciosa
we komen in het haventje van La Graciosa, op de achtergrond de hoogste vulkaan
Omdat de wandeling rond het eilandje meer dan 30 km lang is, kiezen we ervoor om het noordelijk deel ervan per safari-jeep te bezoeken. Er zijn echter geen wilde dieren, de naam safari is uit commercieel oogpunt gekozen.
een kaart waarop de route aangeduid is
Wandelroutes staan beschreven in de Rother wandelgids. Sinds de laatste update echter zijn wandelingen op paden anders dan deze waar fietsers en jeeps rijden, verboden om de natuur te beschermen. Wandelaars komen we echter niet tegen, op één koppel na.
de route komt langs de hoogste vulkaan, Agujas Grandes, 266m hoog en kleurrijk
dezelfde berg, een eindje verder gefotografeerd
hier en daar zien we veldjes waar aan tuinbouw gedaan wordt, allemaal goed omheind
We zien ook een bewoning, waarschijnlijk de landbouwer. Zonnepanelen zorgen voor elektriciteit
De eerste halteplaats is Pedro Barba, hier zou de eerste bewoning geweest zijn. Pedro Barba is een kleine nederzetting aan zee, echter geen permanente bewoning. De huizen zijn vakantieverblijven
in Pedro Barba is het groener dan op andere plaatsen omdat de eigenaars hun tuintjes hebben aangelegd met allerlei soorten droogteresistente planten, cactussen en vetplanten …
… en omdat het de vorige weken regelmatig geregend heeft, zijn er ook heel wat bloeiende wilde planten, dé reden waarom we hier tijdens de lente komen
We rijden verder. Bij Playa Lambra, in het noorden, is het voor elke persoon en elk vervoermiddel verboden om buiten het gemarkeerde pad te komen
hoge boetes als de milieupolitie overtreders snapt. Wat later zien we de milieupolitie rijden. Op de achtergrond Montaña Bermeja
dus ook het strand Playa Lambra, is verboden terrein voor bezoekers
hier geen lava, maar weer zand, afkomstig van de Sahara via Fuerteventura
hier zien we ook de andere eilandjes van de Chinijo archipel, hier Montaña Clara, het grootste en dichts bijgelegen, onbewoonde eilandje met een oppervlakte van 1 vierkante km en met als hoogste punt 256 m. Dit eilandje is een kleine vulkaankrater
We houden een tweede halte voor een korte wandeling naar Baja de las Majapalomas.
De zee heeft hier een kanaal van 75m gemaakt onder de basaltrotsen door waardoor er 3 basaltbruggen zijn ontstaan op een natuurlijke manier
basaltrots
Het noordwesten van La Graciosa is niet toegankelijk. De route gaat nu verder richting zuidwesten. We rijden rond Montaña Bermeja en we parkeren ons wat verder om naar Playa de las Conchas te wandelen, het strand van de schelpen
voor we afdalen naar het strand, hebben we zicht op het verst gelegen eilandje van de archipel, Alegranza, 16 km ten noorden van Lanzarote, 12 vierkante km groot. Het eilandje is in feite een vulkaankrater waarvan het hoogste punt 289m is
Montaña Bermeja, gevormd door uitgespuwd vulkaangesteente
ondanks het verbod om deze berg te beklimmen, zien we een groepje mensen op de top
Tijdens onze wandeling naar het strand, Playa de las Conchas, komen we langs heel wat bloeiende planten
Playa de las Conchas is het mooiste strand op La Graciosa
in het midden, een nog kleiner eilandje, Roque del Oeste, Westelijke Rots, minder dan een vierkante km groot
de naam van het stand is afkomstig van de tienduizenden kleine schelpjes (die we echter overal op het eiland vinden in zeer grote aantallen)
Via het binnenland keren we terug, iets meer dan 9 km, om terug in Caleta del Sebo te eindigen
Na de ‘safari’, wandelen we langs de oostkust naar het zuiden, met als eindhalte Playa Francesa, slechts ‘km verwijderd van Caleta del Sebo
in Caleta del Sebo zien we verschillende complexen met vakantiewoningen, allemaal mooi onderhouden
We wandelen een heel eind langs de kust richting zuiden
voor ons Montaña Amarilla, een baai verder dan Playa Frances
hier en daar zien we bergjes zoutminnende planten (op de achtergrond Lanzarote)
een reiger loopt hier uren zijn kostje bij elkaar te zoeken
ook hier mag men niet eender waar wandelen of rijden
wat verder is er een gebied waar gesurfd wordt, de golven zijn hier hoger en groter, volgen elkaar snel op
Playa Frances bestaat uit 3 kleine strandjes, die bij hoogtij niets meer voorstellen
hier zien we de zuidzijden van Montaña Amarilla, de Gele Berg
Op Playa Frances houden we halt, op de zwarte rotsen vinden we een plekje om ons meegebracht broodje te verorberen
terug in Caleta del Sebo zien we bloemen die 2 uur geleden nog gesloten waren, nu geopend
een rustig dorps- en havenzicht
op het einde van het dorp, verst verwijderd van het haventje, starten de (wandel)routes om het eiland te verkennen
eigenlijk kan men hier niet verloren lopen als men de wegen blijft volgen. Op elk (van de weinige) kruispunt staan er wegwijzers
Schaduw moet er nergens gezocht worden op La Graciosa, de ene boom is in het dorpje te vinden
de inwoners van het eiland leven vooral van het toerisme, een enkeling nog van de visvangst (maar de wateren rond La Graciosa en de archipel zijn beschermd)
daar is de veerboot, we keren terug naar Lanzarote
nu de zon op de westkust van Lanzarote schijnt, zien we dat het steile kustgebergte onderaan groen kleurt, dank zij de regen van de voorbije weken. Morgen staan we bovenop deze muur
en als laatste foto voor vandaag, de meest noordelijke punt van Lanzarote, gemarkeerd met een kleine vuurtoren
Vanuit Orzola volgen we de volgende dag de weg landinwaarts
kaart van het noorden van Lanzarote
regelmatig zijn er opstaande lavarotsen te zien. De vulkaan Corona barste 3000 jaar geleden hier voor het laatst uit, restanten dus van toen ...
er zijn wel wat agave-achtige planten die afsterven nadat ze (uitbundig en met een hoge bloeiwijze) uitgebloeid zijn
Aloë vera en cactus-achtigen, … allerlei droogteminnende planten sieren de wegrand en tuinen
Wat verder langs de weg, aan de voet van een heuvel, is een grote Aloë vera kwekerij, Lanzaloe park. We stoppen hier, men kan een wandeling in het gebied maken, bordjes zorgen voor info in 4 talen
Dit bio-ecologisch bedrijf is in 2001 gesticht en is het grootste in zijn soort in Europa
er zijn verschillende velden met Aloë vera, een plant die tot de Lelie-achtigen behoort
op verschillende plaatsen zijn er mensen aan het werk, ze snijden bladeren dichtbij het centrum van de plant, af
een gevaarlijk werkje, scherpe messen, en dus sterk beschermende handschoenen nodig
De bladeren worden hier ter plekke niet verder verwerkt. Ze worden direct na de oogst, met kleinere vrachtwagens naar Playa Honda gevoerd, een plek niet ver van de luchthaven, waar de fabriek gevestigd is. Per week wordt er zo 1,2 ton bladeren verwerkt.
De bladeren worden ontdaan van de vloeistof, het aloïne, daarna wordt in een machine het groene gedeelte verwijderd zodat enkel de gel overblijft. Deze gel is het bestanddeel dat gebruikt wordt in de cosmetica , maar ook kan gegeten of in drank kan verwerkt worden.
Het groen van de bladeren wordt gecomposteerd
vanaf het derde jaar bloeit de Aloë vera
tussen é Aloë vera in, is een rhizoom te zien. Dit is een bovengrondse stengel, die enerzijds verbonden is met de wortels en waar anderzijds de bladeren aan ontspruiten. Zo een pakket bladeren noemen we een Aloë vera plant
Naast Aloë vera zijn er hier nog heel wat andere planten te zien, sommigen als versiering van het domein, sommigen met info over hun gebruik
alle planten hebben een irrigatiesysteem om ze te voorzien van weinig, maar belangrijk water
mooie klokvormige bloemen
jonge plantjes krijgen continu, een beperkte hoeveelheid water. Teveel water is voor woestijnplanten even nefast als te weinig water voor planten die in onze landen gedijen
hier zijn ook enkele Arganbomen, Argania spinosa, een plant die in het zuiden van Marokko gekweekt wordt. Uit de zaden wordt arganolie gewonnen. De olie wordt in schoonheidsproducten verwerkt, maar omdat het een bedreigde soort is (er komen steeds minder arganbomen voor) is de olie duur. De arganbomen op dit bedrijf zijn hier enkel ter info
We rijden verder. Overal zien we muurtjes rond vrij kleine perceeltjes
Op Lanzarote wordt de Malvasia druif geteeld, een veelal witte druivensoort die zoete wijn levert. Om in deze droge, maar vruchtbare grond, de druiven te telen, wordt er in de bodem gegraven tot op een vruchtbare laag. Rond één tot drie struiken wordt er een muurtje van ongeveer 70cm hoogte gebouwd ter bescherming tegen de uitdrogende zeewind. Elke plant wordt dan nog van water voorzien
de Malvasia-plant, nog zonder bladeren
op dit domein ligt er een irrigatie bij elke plant
verder richting zuiden komt de vulkaan Corona uit de wolken tevoorschijn, 609m hoog. 3000 jaar geleden is deze vulkaan voor de laatste maal uitgebarsten en heeft zijn lava verspreid over het noorden van Lanzarote.
De weg vervolgt naar Ye. Daar parkeren we tegenover restaurant Volcan de la Corona, van hieruit starten we een wandeling door het gebied Quemada de Orzola, letterlijk vertaald ‘Verbrand gebied van Orzola’. Quemada is de naam van de krater van Orzola. De rondwandeling rond de krater stijgt en daalt 220 m. Het wandelpad is breed en wordt gebruikt door de lokale bewoners met hun 4x4.
in tegenstelling tot gisteren is het vandaag vrij koud. De wandeling gaat tussen 190 en 375 m hoogte, daar waar er geen beschutting is, is een extra laag kledij meer dan welkom
het ganse gebied is begroeid met Koning-Juba-wolfsmelk (Euphorbia regis jubae), een soort die op enkele Canarische eilanden voorkomt en ook wel op enkele plaatsen in Marokko
er zijn al kleine vruchtjes te zien
de plant in zijn totaliteit
het eerste en langste gedeelte van de weg daalt in hoofdzaak
wat verder zien we weer omheinde perceeltjes
hier staat op enkele ervan, een bloeiende amandelboom
en tegelijkertijd hangen er ook al amandelvruchten aan de boompjes (amandel is de pit van de vrucht)
een eind verder komen we voorbij een waterreservoir. Of het al dan niet nog dienst doet kunnen we uit niets afleiden
het reservoir werd in 1949 gebouwd
na een bocht duikt plots de oostkust op, we blijven de kust een hele tijd zien terwijl we afdalen
en wat verder zien we beneden de Aloë vera plantage
uiteindelijk komen we op de weg naar Orzola, een tijdje geleden reden we hier
we volgen de rijweg richting zuiden over 400m, daarna gaan we weer op een grintweg verder
vrij snel begint de klim, een gemiddelde hellingsgraad van 10%
beneden zien we een wijngaard, het moet ooit een enorm werk geweest zijn om al die muurtjes te bouwen
het pad komt uiteindelijk op de rijbaan bij Ye uit. Aan de overzijde va de weg is de wijnboerderij
Nog enkele 100-tal meter te gaan tot aan de auto.
Ondertussen zijn de wolken ietwat opgetrokken en rijden we door naar de Mirador del Rio, 2 km ten noorden van Ye
De Mirador del Rio geeft uitzicht op de engte tussen La Graciosa en Lanzarote. Maar naast het uitzicht is deze plek ook belangrijk omdat César Manrique het uitzichtpunt heeft ingericht.
César Manrique (1919-1992) studeerde op Tenerife architectuur. Voor de jonge man was Lanzarote de mooiste plek op aarde, zijn medestudenten vonden het eiland maar minderwaardig en boers. Manrique streefde ernaar om architectuur en landschap op elkaar af te stemmen.
De plek van de huidige mirador (uitzichtpunt) was een artilleriebasis. In 1973 bouwde Manrique de artilleriebasis om tot een panoramarestaurant met zowel binnen als buiten voldoende uitzichtmogelijkheden.
Manrique was ook kunstenaar, beeldhouwer, organisator, …
Manrique heeft ervoor gezorgd dat de meeste gebouwen op Lanzarote niet hoger gebouwd worden dan vier verdiepingen, dat zij voornamelijk wit en zeer licht van tint werden, en dat de raamkozijnen in de kleuren groen, blauw of bruin werden geverfd. Manrique maakte een boek met eigen foto's over de lokale historische architectuur. Er zijn enkele hotels die méér etages tellen, zoals het Gran Hotel in Arrecife. Dit gebouw is gebouwd in de tijd dat Manrique een aantal jaren in Amerika verbleef. In Puerto del Carmen staat het zeven verdiepingen tellende hotel Hotel Los Fariones en het appartementencomplex Fariones Playa.
Ook zorgde Manrique ervoor dat er geen advertenties aan de kant van de wegen werden geplaatst en schakelde hij daarnaast een tijdelijke bouwstop in. Hij organiseerde protesten tegen grootschalige nieuwbouw ten behoeve van het massatoerisme op het eiland in de jaren 80.
Zijn beweegreden was zijn liefde voor het eiland. Manrique wilde niet dat de unieke cultuur en natuur werden beschadigd door massatoerisme en heeft dat ook daadwerkelijk weten te voorkomen. De bevolking is hem hier zeer dankbaar voor.
In 1992 overleed Manrique op 73-jarige leeftijd bij een verkeersongeval, op een kruispunt 50 meter van zijn oorspronkelijke huis. Manrique's graf bevindt zich op de begraafplaats van Haría en is voorzien van onder meer poreus lavasteen en beplanting met een cactus en een palmboom, zoals door hem veelvuldig toegepast in zijn werk als architect.
(https://nl.wikipedia.org/wiki/C��sar_Manrique)
buitenzicht van het gebouw
We komen binnen in een grote, lichte, witte zaal, het restaurant
metalen sculpturen aan het plafond doen dienst als geluiddempers
Binnen is er niets hoekig, er worden enkel ronde en ovale vormen gebruikt
de wenteltrap gaat naar hoger gelegen uitzichtpunten en naar de kleine shop
Er is een bovenste uitzichtpunt, maar de wolken beletten het uitzicht voor een groot gedeelte. Af en toe trekken ze even op en kunnen we een gedeeltelijke foto nemen. Zelfde op het onderste terras
de westkust tegenover La Graciosa
resten van de artilleriegebouwen
het lavagesteente is helemaal niet compact
we staan hier op bijna 600m hoogte, tussen de wolken doemt La Graciosa deels op
gisteren reden we daar, nu zien we het hoogste punt van La Graciosa uit de lucht
Voorbij Ye gaat de weg verder richting zuiden. Na enkele kilometer is er een afslag richting westen naar Guinate. Op de kaart is er een mirador de Guinate aangeduid, een uitzichtpunt. Maar de we even voor de mirador is afgesloten. We hebben nog wel het uitzicht, hoog bovenop de klif, verder zuidelijk dan de Mirador del Rio.
richting zee zien we de scherpe randen van de klif, die steil aflopen naar de oostkust van Lanzarote
een eenvoudig bord brengt hulde aan een vader en zijn zoon, mensen die hun leven waagden om anderen in deze gevaarlijke steile zone te redden
een halve kilometer beneden ons zien we de kust; aan de overzijde van ‘El Rio’ is Montaña Amarilla, de zuidelijke vulkaan op La Graciosa te zien
Hier op de hoogte zien we enkele maisveldjes
Op de Canarische eilanden maalt men maïs al van oudsher tot ‘gofio’ (soms worden ook andere graangewassen gebruikt). Gofio wordt in de traditionele keuken gebruikt, zowel in bvb soep als zoet in desserts
in de omgeving zijn er ook aardappelvelden. Ze produceren kleinere aardappels, die traditioneel gekookt worden in de schil en in zeewater of zeer zout water, en overgoten worden met een rode of groene saus, de eerste wat pittiger dan de tweede. Het recept is Canarisch en heet Papas Arrugadas
Terug op de hoofdweg, richting zuiden, komen we in Haria, beschreven als het mooiste dorp op Lanzarote. Op zaterdag is er tijdens de voormiddag een kunstmarkt waar enkel lokaal vervaardigde producten mogen verkocht worden.
Het is hier dus zeer druk, een parkeerplek is niet direct te vinden. Vele straatjes zijn enkel richting en nauw. We komen uiteindelijk bij een parking iets buiten het centrum.
Haria en de omgeving, is ook bekend als ‘de Vallei van de duizend Palmen’
en dat zien we al bij aankomst …
het klimaat is hier beter voor de tuinbouw, druivelaars hebben geen wateraanvoer, geen muurtje rondom en ze hebben al blaadjes …
en op het plein voor de kerk, daar waar de kunstmarkt gehouden wordt, brengen grote bomen schaduw. Dus meer dan alleen maar palmen …
de meeste kunstenaars verkopen juwelen, gaande van 10€ tot meer dan 2000€. Daarnaast is er ook verkoop van textiel, eigenhandig gekleurd, beschilderd of van een opgedrukte dessin voorzien. Een landbouwer, een geitenkaasmaker, een bakker, .. verkopen hun eigen productie
vooral toeristen, ook veel Spaans sprekenden , bezoeken het marktje. Het aanbod is mooi en vooral ook origineel
het marktplein geeft uit op het gemeenteplein met een mooi gemeentehuis. Haria is de hoofdgemeente van het noorden van Lanzarote
op het gemeentepleintje zijn zitbanken, een grote bougainvillea zorgt voor kleur en vooral voor schaduw
wat verder is er de dagelijkse voedingsmarkt, heel netjes en slechts één verkoper per soort product (zoals in Gent het Hinkelspel voedingsmarktje)
daarnaast is er een gemeentegebouw waar lokale kunstenaars elk een kamertje hebben om hun producten te maken en te verkopen
niet elk kamertje is open. Beneden zien we een oudere dame nog weven, zoals we ook nog in Zuidoost Azië hebben gezien
gebouwen, tuintjes, … Haria wordt goed onderhouden en versierd
en palmen …. Een deel van de palmen zijn dadelpalmen
Verder zuidelijk klimt de weg hoger en hoger, we komen in het hoogste gedeelte van Lanzarote.
We houden halt bij de Mirador de Haria, in privébezit. Op het terras heeft men een mooi uitzicht, maar enkel voor de mensen die hier iets consumeren. Wie dat niet wil kan enkele honderd meter verder parkeren en daar het uitzicht bewonderen.
kijken we richting noorden dan zien we (rechts) de Coronaberg, aan de voet ervan Maguez en op de voorgrond Haria
kijken we iets meer links, dus richting westen, dan zien we terrassen, ooit gebruikt voor landbouw, nu verlaten. De hellingen zijn te steil en er is import van voedsel uit andere Canarische eilanden en uit Spanje
kijken we richting westen dan zien we (rechts) Arrieta en aangesloten, iets meer links, Punta Mujeres, waar wij verblijven. Aan de voet van de berg, ook al met terrassen, ligt nog een kleiner dorpje
en kijken we zuidwesten, dus ook richting zee, dan zien we het hoogste punt van het eiland, met op de top een basis van de luchtmacht
even naar het toilet en een foto van de vertalingen van de Spaanse zin ‘aub geen papier, noch andere zaken in het toilet gooien’. Toch maar beter Google translate gebruiken …
Nog verder zuidelijk, nog hoger, slaan we af richting Las Nieves. 2 km verder is er de kapel van de Sneeuwmadonna. Elk jaar, begin augustus, is hier een processie, als dank voor de winterse neerslag, van levensbelang voor de voedselvoorziening
Hier wandelen we naar het hoogste punt van het eiland, Peñas del Chache, 672m boven de zeespiegel. Op het hoogste punt heeft de luchtmacht een station voor de bescherming van het lokale luchtruim. Dit punt bestaat uit het oudste basalt van het eiland.
beneden zien we Famara, over enkele dagen zullen we daar wandelen
en dan is er nog de zeer steile klif, waar een pad naar beneden loopt. Al niet eenvoudig om naar beneden te stappen, nog lastiger om weer te klimmen
Deze afdaling en klim wordt beschreven als zeer botanisch interessant tijdens het voorjaar. Maar ook boven, waar wij wandelen, is er een scala aan bloemen/bloempjes en kleuren
Zijdeharige Geelster (Nauplius sericeus)
Rolklaver (Latus lancerottensis)
Een uitbarsting van de vulkaan Corona, 21000 jaar geleden, was de oorzaak van een nu spectaculaire attractie in het noorden van Lanzarote. De gigantische lavastroom vloeide richting oosten. Beetje bij beetje stolde het buitenste van deze lavastromen, het binnenste bleef vloeibaar. De buitenste laag werd dikker. Toen de uitbarstingen ophielden, stroomde de vloeibare binnenste laag verder in de zee, waardoor er een tunnel ontstond van meer dan 8 km lengte. De hooftunnel had meerdere kleinere zijarmen. D vaste buitenzijde vormde een dikke en stevige laag. Op verschillende plaatsen echter stortte dit dak in waardoor er open grotten ontstonden, lokaal Jameo (spreek uit als chamee-o) genoemd. De tunnels zijn tot 15m breed en tot meer dan 50m hoog.
21.000 jaar geleden was het zeepeil een heel eind lager dan nu. Na de laatste Ijstijd steeg het peil van de wereldzeeën heel wat waardoor de laatste 1,5 km van de lavatunnel onder zeeniveau kwam te liggen. Het deel van de lavatunnel onder de zee wordt ‘Tunel de la Atlantida’ genoemd. Ze eindigt op een diepte van 64 m onder het huidige zeeniveau.
De tunnels en grotten boven zeeniveau zijn al lang bekend bij de lokale bevolking. Ze dienden o.a. als schuilplaats tegen piraten en invallende Afrikaanse volkeren.
Tijdens de 19de eeuw werd er gestart met wetenschappelijk onderzoek en in 1960 werden twee open grotten en een klein gedeelte van de tunnels open gesteld voor toerisme.
Wij bezoeken eerst Cuevas de los Verdes, genoemd naar de herders die er hun schuilplaats hadden. Elk uur is er een geleid bezoek, de gids vertelt veel in het Spaans, en wat minder in het Engels. Jesus Soto, een tijdgenoot van Manrique, heeft voor een discrete verlichting van de tunnels gezorgd, er is een gebetonneerd wandelpad, heel onregelmatig, en er zijn nog meer onregelmatige traptreden. Men heeft voor het toerisme een zo klein mogelijke verandering aan het natuurlijke uitgevoerd. Dus mensen die moeilijk te been zijn, kleine kinderen en rolstoelrijders kunnen de Cuevas de los Verdes niet bezoeken. Bovendien zijn sommige passages smal en laag, het is dus uitkijken naar de bodem, naar boven en opzij…. Ondanks dat alles komen hier zeer veel mensen, vandaag zijn er weer bussen vol cruisetoeristen …
we dalen af in de Jameo, de open grot. Rechts is het dak van de tunnel nog intact, hier zullen we straks terug naar buiten komen
op de rotsen kruipt een Atlantische Hagedis, endemisch in de Oost-Canarische eilanden
overbelicht, de toegang vanuit de grot tot de tunnel
de verschillende kleuren in het gesteente worden veroorzaakt door verschillende mineralen in de lava
het roestbruine bevat ijzeroxide (denk aan roest)
hier kunnen we in een hoger gelegen zijtunnel kijken
de vrij gladde zijwanden zijn hier nog intact, hier stroomde de vloeibare lava langs, vloeibaar door de hoge temperatuur
stalactietachtige structuren, ze zijn echter helemaal niet veroorzaakt door water (en kalkafzetting), maar wel door stollende afdruipende lava
door de spaarzame verlichting met helder wit licht, zijn de kleuren hier en daar goed zichtbaar
hier komen we in de grote zaal. Door het poreuze gesteente heeft deze zalen een zeer goede akoestiek. Daarom wordt hier regelmatig een muziekoptrede verzorgd voor ongeveer 200 mensen
we klimmen naar een hogere tunnel die pas later zijn geheimen prijs geeft ….
…waawh, wat een spectaculaire diepte ….
terug buiten zien we, op 6 km afstand, de Montaña Corona, nu vredig en rustig, geen gevaar meer voor uitbarstingen … (hopen we toch)
Daarna, dicht bij de zee, bezoeken we de Jameos del Agua, grotten van dezelfde tunnel. Hier heeft César Manrique weer zijn stempel gedrukt op de inrichting
al langs de hoofdweg is deze sculptuur van Manrique te zien … pas wat later weten we wat deze ‘kreeft’ exact voorstelt …
via een steile trap dalen we af in één van de grotten, de Jameo Chico (kleine grot)
richting zee is de tunnel ingericht door Manrique als bar- restaurant
richting zee staat gaat de tunnel dieper en staat er zeewater op de bodem. Dit is het begin van de Tunel de la Atlantica, het gedeelte onder de oceaan
landinwaarts komt een deel van de tunnel uit in deze eerste grot
in deze tunnel is er een meer, gevuld met zeewater. In dit meer leven duizenden zeer kleine witte krabben, Munidopsis polymorpha, moeilijk te fotograferen omdat ze in het water leven en er een zekere afstand is tussen mijn toestel en de diertjes
Munidopsis polymorpha is een 10-potige springkrab, endemisch in Lanzarote, beperkter nog, enkel in dit grottensysteem. De lengte van het grootste van de exemplaren waarop de ontdekker zijn beschrijving baseerde, bedroeg van het bovenste punt van de kop tot de achterrand 23 mm. De breedte van de carapax was 6,5 mm. Het diertje heeft bijna geen pigment en is enigszins geel gekleurd. Het heeft gereduceerde ogen en kan niet zien.
een beter beeld komt van internet (https://www.biodiversidadcanarias.es/biota/especie/E03581)
Vergelijk met het kunstwerk van Manrique ….
en voorbij het stuk tunnel is er een tweede grot, Jameo Grande (grote grot)
hier heeft Manrique een ‘zwembad’ ontworpen
mooi, veel mensen en toch een rustgevend gevoel …
in deze Grote Grot zijn tuintjes aangelegd
een kleurrijke verlichting?
grondverlichting?
en een kunstwerk van Manrique tegen de muur van wat ooit als museum gepland was (maar nog steeds niet is ingericht)
aansluitend hierop, verder richting binnenland, is er weer een tunnel waar Manrique een auditorium heeft ingericht. Ook hier worden concerten gegeven
Aan het andere uiteinde van het auditorium is de derde grot, Jameo de la Cazuela (braadpan-grot)
een metalen kunstwerk versiert het ‘plafond’ (lava)
Later stappen we langs de kust vanaf Punta Mujeres (waar we verblijven) naar Arrieta, het volgende dorp (heen en terug 6 km)
hier en daar een minituintje…
…een mini haventje…
… en een mini pleintje
ook vandaag is de zee niet erg rustig
ideaal voor windsurfers, ze vliegen vooruit …
voor zwemmers is er op verschillende plekken een zeezwembad gemaakt dat hen min of meer beschermt tegen de sterke golven
Playa Grande, het Grote Strand van dit dorp, met een zeezwembad, …
… een bar …
… en ligplaatsen op het beton …
gelukkig maken we vandaag niet de overtocht naar La Graciosa …
de reiger wacht bij een klein plasje dat bij elke golf een beetje overstroomt. Misschien komt er wel een visje mee …
iedereen heeft zo zijn eigen idee om de gevel te versieren …
ondanks de wind blijft een meeuw muisstil op een paal zitten
tussen de laatste huizen van Punta Mujeres en de eerste in Arrieta, is het minder dan 10 minuten wandelen
het meest merkwaardige huis van Arrieta
vele huizen lijken in het water te staan, weliswaar op lavarotsen
Arrieta heeft op het einde van het dorp, een zandstrand
Het dorp zuidelijker dan Arrietta is Mala. Daar bevindt zich een vereniging die de belangen van de Cochinilla telers op het eiland verdedigt.
Het gaat hier over een schildluis, de Cochinilleluis (Dactylopius coccus), een insect dat van nature voorkwam in Zuid-Amerika en in Mexico. De Cochinilleluis is een parasiet op de schijfcactus
in Mala zien we verschillende velden met de Opuntia, schijfcactus. Er staan hogere planten tussen de cactussen, zij zorgen voor schaduw waardoor de luis beter groeit en kweekt
Toen Colombus en andere Europeanen in Centraal- en Zuidamerika kwamen, zagen zij dat de lokale bevolking, Indianen, een rode kleurstof verkregen, een biologische kleurstof, uit deze schildluis.
de kleur is karmijnrood
Wanneer ze aan voedingsmiddelen wordt toegevoegd, moet er op de verpakking E120 vermeld staan
Pas in 1820 werden levende Cochinilleluizen naar Europa gebracht en in 1822 werd een wet uitgevaardigd door de Spaanse koning Fernando VII, dat deze schildluizen mochten gekweekt worden.
Enkele jaren later kwam de productie op gang op de Canarische eilanden, op Lanzarote gebeurde dat vanaf 1835.
een cactusschijf waarom Cochinilleluizen gegroeid zijn
Het wijfje heeft een levenscyclus van 3 maanden, het mannetje maar van 2 maanden
links een pentekening van het wijfje (6mm), rechts van het mannetje (3mm), een duidelijk verschil
Het mannetje, eens geslachtsrijp, bevrucht in 2 tot 5 dagen meerdere wijfjes. Daarna sterft hij Gedurende een periode van 15 tot 20 dagen legt het wijfje 150 eitjes af. Daarna sterft ook zij.
Tijdens de lente worden volwassen wijfjes geoogst, zij dragen op dat moment al de eitjes. De wijfjes worden gedurende 1 nacht van elkaar gescheiden. De volgende dag worden wijfjes, in een zak, rond de cactusschijven gebonden. De eitjes worden afgelegd ‘en de wijfjes sterven. De jongen groeien en infecteren de cactusschijven. Na 2 maanden (tijdens de zomer) worden de ondertussen volwassen geworden luizen met een lepel van de cactus geschept. Ze worden in de zon gelegd waardoor ze uitdrogen. Daarna worden ze verpakt.
Om nu de kleurstof vrij te maken moeten de schildluizen geplet worden met een mortier. Daarna moet er met water verwarmd worden, gefilterd, weer verwarmd, … tot 3 maal toe en gedroogd. Dan heeft men de zuivere karmijnkleurstof
de chemische formule van de kleurstof wordt bij de info hier vermeld
wil men de kleurstof lichter van kleur maken dan moet er zuur (citroen, azijn, ..) aan toegevoegd worden. Wil men een donkere kleur bekomen dan moet er bicarbonaat toegevoegd worden. Er kan ook gemengd worden met andere biologische kleurstoffen
men kan de kleurstof gebruiken om te schilderen
wil men echter textiel kleuren, dan is het natuurlijk belangrijk dat bij een wasbeurt de kleur niet verdwijnt. Er moet aan de kleurstof een fixatiemiddel toegevoegd worden, zoals bvb aluin, ijzersulfaat, …
Over enkele dagen is er een cochinille-congres. Een groepje dames zit in een zaaltje zakjes te verpakken waar ze eerst een schepje luizen hebben gebracht. Alle deelnemers krijgen zo een zakje als aandenken
Wat verder zuidelijk ligt Guatiza. Daar kunnen we de laatste realisatie van Manrique vinden, de Cactustuin, gerealiseerd 2 jaar voor hij bij een ongeval overleed.
De Jardin de Cactus, cactustuin, is door César Manrique ontworpen in een voormalige groeve waar vulkaanas werd uitgegraven. De tuin is eerder klein, een halve hectare. Er staan 4500 cactussen, afkomstig uit de 5 continenten.
03-12-016
Bij de rand van de cactustuin staat er een windmolen, type Castilla La Mancha, de windmolens van Don Quichote.
de windmolen was ooit in gebruik, o.a. om gofio te maken
Om bij de molen te komen moeten we door het gebouw met een bar-restaurant, ontworpen door Manrique
zelfs de deurknoppen zijn aangepast
het gebouw met de shop
en ook weer een creatie op het dak
en binnen in de shop
In de tuin zijn er ook enkele waterpartijen
Na de winterse (beperkte) regen bloeien er verschillende cactussen. We hebben hier heel wat foto’s genomen, hier enkel uit onze collectie
Nog iets meer zuidelijk ligt de wijk Los Cocoteros. Hier maken we een wandeling richting zuiden deesl langs de kust, dat wil zeggen met zicht op zee, want langs de lavakust kunnen we niet zo maar wandelen. Net voor een grotere vallei maken we een bocht en keren we via het binnenland terug. Het pad is een 4x4 spoor, niet altijd even duidelijk te zien. Zoals steeds zet ik de wandeling op de Route You app en met de gps kunnen we niet fout lopen. Het is hier trouwens ook geen doolhof.
Ten zuiden van Los Cocoteros zijn nog voormalige zoutpannen te zien. Ze zijn niet meer in gebruik, vis kan immers op ijs bewaard worden en hoeft niet meer gepekeld te worden
de windmolens die de pompen moesten aandrijven, zijn vervallen
bloemen en zoutminnende planten
ook korstmossen zijn hier te vinden, ze komen enkel veelvuldig voor waar de lucht nog relatief zuiver is
Enkele beelden van de wandeling
Voor de laatste bezoeken vanuit onze verblijfplaats in Punta Mujeres, rijden we weer richting zuiden
Iets ten noordwesten van de hoofdstad Arrecife, woonde César Manrique. Na zijn dood in 1992 hebben vrienden een stichting opgericht om zijn leven en werk te bewaren en open te stellen voor bezoekers. De stichting ‘Fundacion César Manrique’ heeft onderdak in zijn voormalige woning, waar de vele bezoekers ook kunnen genieten van al dat moois. De inkomgelden en de winst van het winkeltje en de bar, zijn voldoende om medewerkers te betalen en het domein te onderhouden
César Manrique was geboren in Arrecife, de hoofdstad van Lanzarote. Hij studeerde eerst op Tenerife, later in Madrid. Hij verbleef in Spanje vanaf 1945 tot 1964. In 1965 trok hij naar New York waar hij in contact was met andere grote kunstenaars zoals Rothko, Warhol, …
In 1966 kwam hij definitief terug naar Lanzarote.
Toen hij op Lanzarote rondreed vond hij hier in Taro de Tahiche, zijn droomplek. Lavavelden van de uitbarstingen tussen 1730 en 1736, waaronder 5 luchtbellen, lavagrotten, dit was de plaats waar hij een huis zou bouwen.
geperste lavastromen, afkomstig van dé Volcan Timanfaya, die hevige uitbarstingen kense tussen 1730 en 1736
inspirerend voor de kunst van Manrique …
…
Een gebied van 3 ha waarvan 1,8 ha bewoonbaar, de rest voor tuinen en terrassen, naast de lavavelden, … hier vond hij inspiratie en wilde hij verblijven
… en we zijn helemaal niet de enigen ….
in de file hebben we tijd genoeg om foto’s te nemen, hier van een grote structuur
… het hek dat het domein afsluit …
…de planten in de tuin …
… verlichting …
… ‘El triumfador’ in cortenstaal uit 1989 (de overwinnaar)
… een van zijn kleurrijke mobielen …
we zijn ondertussen bij de ingang gekomen
we zijn binnen in het huis
onder deze kamer zien we een verdieping lager, de eerste ‘luchtbel’, natuurlijk gevormd door gloeiende lava
foto’s en stukjes uit zijn leven, de man had een hond en hield ook van vrouwelijk schoon
hier en daar zijn er ook korte teksten te lezen, geschreven door Manrique
afdaling in de bubbels, de luchtbellen
harmonie tussen ‘binnen’ en ‘buiten’
een tweede luchtbel. Water is veelvuldig aanwezig ..
een derde luchtbel
geen luchtbel, we een open plaats met een zwembad, en zitplaatsen
tussen de luchtbellen is er telkens een smalle tunnel uitgehouwen
luchtbel 4
luchtbel 5
in de voormalige werkruimte
in de laatste tuin is een lange muur beschilderd, dit is een deel ervan
Morgen verplaatsen we ons naar het centrum van Lanzarote, goed voor een volgend verhaal