Reisverhaal «remparts, cirques en vulkanen en het Wilde Zuiden»
de Mascarenen
|
Reunion
|
8 Reacties
09 November 2022
-
Laatste Aanpassing 17 November 2022
IV.d. Binnenland, bergen en cirques en het Wilde Zuiden
Om nog eens in herinnering te brengen, La Réunion bestaat uit 2 delen, het noordwestelijke deel ontstaan door activiteiten van de, nu uitgestorven, vulkaan Piton de la Neige, het zuidwestelijke en kleinere deel door de nog actieve vulkaan Piton de la Fournaise.
Het oudste gedeelte, dat van Piton de la Neige, heeft naast de hogere pieken ook 3 keteldalen, cirques, en steile, zeer steile hellingen. We waren al aan de rand van de Cirque de Mafata, ons eerste bezoek op het eiland.
Vanuit het zuiden, Saint-Louis, is het mogelijk om naar en in de Cirque de Cilaos te rijden
kaart waarop de Piton de la Neige, de Cirque de Mafate en de Cirque de Cilaos is aangeduid
Saint-Louis is op de kaart van La Réunion aangeduid
We vertrekken bijna op zeeniveau en 38km later zijn we op de hoogte van meer dan 1200m, dus heel wat haarspeldbochten. De route naar boven is landschappelijk zeer mooi, de weg ligt er meestal goed bij. Op sommige steile stukken is er slechts in 1 richting verkeer mogelijk en moeten we af en toe eens toeteren
er is een vallei vanuit Cilaos, eerst volgt de weg de vallei en rijden we tussen steile wanden
wat hoger, we rijden nu langs de helling hogerop, kunnen we af en toe al een zicht krijgen op het gebergte hogerop, de berg op de achtergrond is de Grand Bénare waarvan het hoogste punt 2896m is
op regelmatige plaatsen is er parkeermogelijkheid bij een uitzichtpunt
grillig gevormde rotsen, meestal begroeid
sommige plekken zijn erg droog
we zijn al een heel eind geklommen wanneer er naar rechts een afslag is naar een landbouwdorpje met ongeveer 1000 inwoners, het dorp lijkt op een plateau te liggen. We blijven echter de hoofdweg volgen
we hebben geluk vandaag, een helder blauwe lucht, zodat we straks een goed zicht zullen hebben op de bergen
We parkeren in Cilaos in een zijstraat, het is hier immers vrij druk. Cilaos is een ‘bloemrijk dorp’
Cilaos ligt ongeveer in het midden van het keteldal, het is hier echter allerminst effen. De bovenzijde van de muren rond het gebied zijn 1000 tot 1800 m hoger
In de toeristische dienst zien we een foto van mensen in een draagstoel, en wat info. Tot 1935 was een bezoek aan Cilaos een hele expeditie. In Saint-Louis waren toen geen hotels, enkel wat eenvoudige pensions. De dag voor de tocht naar Cilaos, moest men met de trein in Saint-Louis aankomen en in zo een eenvoudig pension overnachten.
De volgende dag vertrok men dan met al de bagage in een ezelskar tot een punt op een hoogte van ongeveer 200m. Daar stonden de dragers met hun draagstoelen te wachten, vertrek om 6u ’s morgens.
Wie liet er zich per draagstoel vervoeren? Eerst mensen die er kwamen om te kuren in de thermaalbaden, verder toeristen en dan nog mensen die aan de kust woonden en voor hun werk naar Cilaos gingen.
Gemiddeld waren er 12 dragers nodig (6x2) per persoon voor de tocht naar Cilaos.
een draagstoel van weleer waarbij vooraan en achteraan een drager liep
Bij elke halte werd er een borrel rum gedronken om de moraal voldoende hoog te houden.
Het bedrag dat moest betaald worden hing af van het gewicht van de persoon die moest vervoerd worden, 1,5 Franse Franc per kilogram. Het bedrag werd dan verdeeld onder de 12 dragers.
Het systeem van dragers bleef in voege tot 1965! De Franse eerste minister Barre is ooit op deze manier naar boven gedragen.
De huidige weg met meer dan 400 haarspelbochten is tussen 1927 en 1932 gebouwd, moet een titanenwerk geweest zijn.
de parochiekerk Notre-Dame-des-Neiges, gebouwd in 1930 in art-déco, ligt aan de voet van de Piton-de-la-Neige
op het ronde punt, net voor de kerk is er een monument. Wie het maakte en wat het betekent zien we hier niet direct. Er is wel een vrouw te zien die borduurt
Tijdens de 18de eeuw werkte hier een Bretoense arts. Zijn dochter had niet veel om handen en zocht wat tijdverdrijf en begon te borduren. Rond de jaren 1950 kwam de borduurtechniek van de Bretoense dame opnieuw in de belangstelling. Nu nog wordt er geborduurd, zij het nog vooral door oudere dames. Jonge mensen interesseren zich niet meer aan deze handenarbeid.
Wij bezoeken nog een borduurzaak
er zijn kleine doekjes, niet enkel met witte borduurzijde, maar ook in kleur
De dame maakt ook nog kleinere borduurwerkjes die ze dan verwerkt in armbandjes, sleutelhangers, oorringen of halskettingen
de hoofdstraat waar weinig verkeer door mag en heel wat mensen wandelen
Na ons dorpsbezoek rijden we naar een uitzichtpunt, iets meer dan 250m hoger gelegen. We zijn er niet alleen, morgen 11 november zal het hier erg druk zijn op de picknick en BBQ plaatsen
op de achtergrond, de hoogste berg in het gebied van de Indische Oceaan, de Piton-de-la-Neige, het hoogste punt is 3070m. De beklimming ervan, enkel heen, vraagt 10uur en een goede ervaring. Er is echter ook de mogelijkheid om er een tweedaagse van te maken en in een zeer eenvoudige berghut op 2400m te overnachten
terugkijkend richting dag is een stukje van de weg, en de derde tunnel waar we doorgereden hebben, te zien
in de verte zien we nog een dorpje liggen, Ilet a Cordes
Tijdens de 19de eeuw kon men enkel in de Cirque de Cilaos geraken door heel steile hellingen te beklimmen. Slaven, die beneden bij Saint-Louis in de suikerrietvelden moesten werken, gingen lopen. Door gebruik te maken van lianen was het mogelijk voor hen op de steile hellingen te beklimmen, zonder voetsporen na te laten. Zij leefden lange tijd geïsoleerd in het dorpje Ilet a Cordes. Daar genoten ze van hun volle vrijheid. Ze verbouwden er linzen (Cilaos is nog steeds het linzendorp van La Réunion) , kweekten wijndruiven (voor de wijn) en hadden er vee.
het grote dorp beneden is Cilaos
Le Grand Bénare links en dan een pas waarover goede stappers in de Cirque de Mafate kunnen komen. De pas ligt op 2081m hoogte
deze rots draagt de toepasselijk naam Bonnet-de-Prêtre, 1709 m hoog
Dicht bij dit uitzichtpunt start een wandeling van 2 km door een stukje oerwoud
veel zon en schaduw (moeilijk dus om foto’s te nemen) en veel mos
de enige soort bloemen die we in het bos zien
op verschillende plaatsen, zowel op stenen als op boomstammen, zien we deze korstmossen
hier en daar, maar weinig, lianen
een natuurlijk kunstwerk
waar het steil is, zijn er een soort trappen gemaakt
het is warm, maar door de schaduw en af en toe een vleugje wind, goed te verdragen
Dichterbij ligt de gemeente Entre-Deux, zo genoemd omdat het tussen 2 diepe rivierkloven ligt, Bras de Cilaos en Bras de la Plaine. Beide rivieren vloeien samen dichterbij de kust. Entre-Deux heeft dus zeer lang zeer afgescheiden gelegen
op deze kaart is het gebied, waar Entre-Deux ligt, omcirkeld. De 2 rivieren zijn duidelijk te zien. Toen in 1715 de koffieteelt werd verplicht, kwamen mensen naar hier , vooral ook heel wat slaven. Toen was het gebied enkel te bereiken via een ezelspad, dat bij grote regen en cyclonen ontoegankelijk was.
Het parool van de stad is “deux bras, une coeur”, 2 armen, 1 hart. Pas in 1839 is de gemeente gesticht, maar was afhankelijk van o.a. Saint-Pierre. Voor hun kerkelijke verplichtingen moesten de inwoners, via het ezelspad, naar Saint-Pierre of Saint-Louis trekken.
Pas in 1882 werd de gemeente zelfstandig, pas de laatste 25 jaar is het aantal geregistreerde inwoners verdubbeld (er zijn ook buitenverblijven van mensen die in een grotere stad officieel wonen). Hierdoor zijn er ook meer scholen gekomen, ook een middelbare school, en nu zelfs 2 kinderkribbes.
in 2002 kwam er een brug over de Bras de la Plaine, ze is 305m lang
de ravijn is diep, meer dan 100m
volgens een affiche kan men hier benji-springen, is de sprong 115m. Maar de brug is aan beide zijden beschermd met elektrische afsluitingen en een bord verbiedt aan beide kanten om de brug te voet te betreden. We zien echter dat onderaan de brug een systeem geïnstalleerd is van benji-springen
Landbouw is een belangrijke bron van inkomsten voor een deel van de bevolking, de teelt van Pelargonium (hier ook wel geranium genoemd) voor de parfumindustrie is echter helemaal verdwenen
Entre-Deux wordt beschouwd als het mooiste dorp van La Réunion, voor zover we La Réunion kennen is dit zeker niet gelogen.
een straat in Entre-Deux
Vandaag 11 november, is de toeristische dienst gesloten. Echter een gids staat er te wachten op zijn publiek, en we kunnen nog mee. De man vertelt ons in 2u heel wat over huizen en planten voor medisch gebruik. Hij is een goed verteller, en spreekt duidelijk (Frans)
het gebouw van de toeristische dienst, typisch Creools, dit is …
… dakbedekking met houten singlets, deze hier zijn vrij dun en dienen enkel ter versiering. Eronder zit een solidere dakbedekking
… lambrisering. De schepen waarmee de pioniers aankwamen hadden opstaande lambrisering. Lambrisering werd ook toegepast bij de houten huizen, ze werd echter naar beneden gehangen. Eerst uit hout, later ook uit metaal, en nu ook wel in kunststof
… bovenaan zijn er heel dikwijls ruiten (hier in geel) als versiering aangebracht, ze stellen het derde oog voor, moet geluk brengen
… kleine huisjes met een woon- en een slaapvertrek. De keuken was altijd buiten het huisje (brandgevaar). Wanneer er kinderen kwamen werd er eenvoudig bijgebouwd naar achter
…. geschilderd in opvallende kleuren
… zowel vooraan als achteraan een varangue (veranda) die aan drie zijden ingesloten is. De voorste veranda kan vanop straat gezien worden, moet een openbaar beeld geven. De achterste veranda is voor intimi, daar kan je als vreemdeling niet komen
… altijd luiken voor de ramen en deuren
bij oudere gebouwen waren de muren ook bedekt met singlets, deze hier zijn van een zekere dikte waardoor ze gedurende zeer lange tijd de muren beschermen. Er zitten kleine openingen tussen zodat de lucht kan circuleren en het huis koel kan gehouden worden
de eerste echte huizen werden in hout gemaakt zonder gebruik te maken van nagels of vijzen. Bij de hoeken waren er inkepingen in de planken zodat ze mooi in elkaar schoven. Er waren geen ramen, er was een deur en enkele openingen in de muur waardoor de lucht kon circuleren. Die openingen werden met luiken afgesloten
een van de oudste en (binnenin) mooiste huizen van Entre-Deux. Het was eigendom, samen met een immense grondoppervlakte, van een steenrijke familie, die hun rijkdom door de koffieteelt hadden vergaard. Echter, de eigenares is meer dan 10 jaar geleden, op een leeftijd van meer dan 100 jaar gestorven. De vele nakomelingen echter wonen niet op a Réunion. Er is grote onenigheid, het huis staat hier dus beetje bij beetje te verkommeren, en zeker al de tuin
de lambrisering bijvoorbeeld is volledig handwerk
… oorspronkelijk waren er in de tuin planten met bloemen aan een zijde, planten voor gebruik in de keuken aan een andere zijde, medicinale planten en planten die nog voor practisch gebruik zijn. Nu wordt er dikwijls ook een gazon aangelegd met een grassoort die ondergrondse uitlopers vormt, moet gesproeid worden met water, tijdens de zomer 1x per week moet afgereden worden, tijdens de winter 1x om de 2 weken. De planten kunnen endemisch zijn of ingevoerd
een ouder huis, zeer goed tegen cyclonen beschermd met een licht schuin dak
nog zo een oud huis, al vele malen in originele stijl, met de beste materialen vernieuwd. De eigenaar, rijk en ooit burgemeester, liet ernaast een moderne woning met alle comfort bouwen. Aan zijn huis mag, zolang hij leeft, niets gebeuren, meubels en alles zijn nog intact. Zijn kinderen wonen in de Metropole, Frankrijk vaste land dus. Men verwacht dat na zijn overlijden het huis als museum zal open gesteld worden.
één van de weinige oude gebouwen met een dubbel dak. Normaal hebben grotere oude huizen een soort puntdak met vier schuinen zijden. Maar na een cycloon, toe het dak eraf gewaaid was, was er geen voldoende hout ter beschikking, vandaar een dubbel dak.
elk huis heeft hier een verhaal, maar sommige zijn we vergeten (veel moeilijke terminologie in het Frans en namen van planten en dieren kennen we helemaal niet in het Frans)
al het houtsnijwerk is volledig handenarbeid
een huis dat meer dan 100 jaar geleden werd gebouwd, ook al eigendom van een voormalige burgemeester
bouwheren toonden hun rijkdom vaak in details, een dubbele lambrisering, een naar benden en nog een extra naar boven gericht
soms bouwt men een bovenverdieping terwijl men een ouder huis renoveert
ook hier een dubbele lambrisering, teken van luxe (toch bij oude huizen)
De lambisering werd aangebracht omdat regenwater dat van het dak liep, op die manier in fijne straaltjes op de grond kwam. Dit zorgt enerzijds voor afkoeling, anderzijds profiteren planten meer van het water
En dan info over planten (voor zover we het onthouden hebben)
Surinaamse kers (Eugenia uniflora), ook wel Pitanga genoemd is een vrij kleine vrucht, zeer rijk aan vitamine C en bijgevolg ook vrij zuur. De vruchten kunnen zo gegeten worden of ze kunnen gebruikt worden voor confituur. De plant komt oorspronkelijk uit Zuid-Amerika. Jonge bladjes worden hier ook medicinaal gebruikt. We proeven enkele vruchtjes
de Tequila-agave komt in heel veel tuinen en parken voor. De bladeren bevatten heel sterke vezels …
… en werden/worden bvb gebruikt om hoeden, sandalen, … te maken
Gatenplant (Monstera deliciosa), heeft weinig last bij cyclonen omdat de wind door de gaten kan waaien. Het is een klimplant
ze wordt ook wel de ananas van de armen genoemd, de vruchten zijn eetbaar
de Frangipani en zijn lekker geurende bloemen kennen we al lang ….
… wat we niet weten is dat het sap uit de bladeren giftig is en de huid aantast
nog een mooie bloem, behorend tot de Wolfsmelkachtigen, de Gele Allamanda (Allamanda cartharica), ook hier is het sap van de bladeren en de stengels giftig. Het kan op de huid tot 1cm diep indringen en de huid verkleuren. Het duurt weken voor die verkleuring (en bijhorende jeuk) verdwenen is
Blimbing (Averrhoa bilimbi) met zijn eetbare, maar zeer zure vruchten. De vruchten bevatten oxaalzuur (zoals rhabarber). De vruchten worden meestal niet als dusdanig gegeten, wel verwerkt in schotels. Je kan een doorgesneden vrucht ook gebruiken om een kurkumavlek op je schitterende witte tafelkleed weg te werken
onze kerstroos is hier een flinke struik
een Hibiscus waarvan de bloemen nooit open gaan (Malvaviscus penduliflorus). Wanneer de bloem net gevormd is lijkt ze op een klein scherp pimentjes
de gids vertelt ons hier over de suikerrietplanten. Deze soort is een oude soort, geen cultivar. Deze plant behoeft geen extra water, is bestand tegen vele onkruiden en ziekten, maar levert minder suiker op. De huidige suikerrietplantages bestaan uit cultivars. Ze hebben veel en veel meer water nodig-wat in de huidige milieu- en klimaatcontext erg negatief is. Verder moet men hier in de plantages massa’s glyfosaat (Roundup) sproeien tegen allerlei onkruiden die de huidige, minder sterke suikerrietrassen zouden domineren -iets wat ook al tegen de huidige milieuverordeningen in gaat. Dus een pleidooi om terug de oude rassen te gebruiken …
Reuzenklimtropet (Solandra guttata) , een plant afkomstig uit Mexico en behorend tot de Nachtschadefamilie (ook de tomaat en de aardappel behoren hiertoe). Alle delen van deze plant zijn giftig. De bloemen openen zich ’s avonds en scheiden een sterke geur af, ze trekken vleermuizen aan, die dan instaan voor de bevruchting. Het is een sierplant
de huisbergkam Dimitile, kan uiteraard beklommen worden, maar je kan er ook komen per 4x4, 100€ per persoon. Deze kam vormt de scheiding tussen Entre-Deux en de Cirque de Cilaos
Na de begeleide wandeling gaan we nog even naar het centrum.
helemaal niet in de stijl van de oude villa’s en gebouwen, het stadhuis
een uurtje geleden was hier een ceremonie voor 11 november, herdenking van de wapenstilstand. Op de steen bij dit monument staan de namen van de gesneuvelde dorpsgenoten tijdens één van de Franse oorlogen
nog enkele mannen in feestuniform (para’s en een brandweerman)komen nog even voor de foto bij het monument
schitterende witte para-uniform
en een brandweerman
en om te eindigen, het kerkje met een campanile
we keren terug, weer over de brug
De enige weg die het eiland doorkruist van zuid naar noordoost is de N3. Deze weg vormt de scheiding tussen het oudere deel van het eiland en het recentere deel
de weg gaat van Saint-Pierre naar Saint Benoit.
Tot nu toe bezochten we enkel het westelijk deel. Het oostelijk gedeelte is dat van de actieve vulkaan Piton de la Fournaise (aangeduid op de kaart)
op de kaart is Bourg Murat aangeduid, daar verblijven we 2 nachten in Relais du Volcan
Omdat de weersvoorspellingen voor de bergen slecht zijn, vertrekken we al om 7u ’s morgens om zeker nog kans te hebben de vulkaantop te zien.
In Bourg Murat is er een afslag die richting vulkaan gaat. Eerst gaat de weg nog langs huizen en boerderijen, daarna klimt de weg door een woud. Zon en schaduw spelen ons parten vooral omdat er heel wat haarspelbochten zijn en we ‘blind’ zijn, komend vanuit de zon en dan plots in de schaduw.
Na een 10-tal km komen we uit het bos , in het gebied van vulkaanas en gesteente. De weg kronkelt verder, vooral omhoog. De laatste 5,2 km gaat vrij vlak. Daar is de weg niet meer geasfalteerd, ze is wel verhard, maar niet erg vlak. In eerste lukt het goed.
de niet geasfalteerde weg
De weg eindigt bij de Pas de Bellecombe, daar is een grote parking, die wel al redelijk vol staat. Sommige mensen keren al terug, dus er is een plaatsje.
Een korte wandeling en we komen bij het uitzichtpunt.
kijken we richting noordwest, dan zien we de de Piton de la Neige, de hoogste berg van het eiland. In Cilaos waren we (relatief) dichtbij
Aan de andere zijde, dichtbij, bevindt zich het gebied van de Piton de Fournaise
de top zit echter in de wolken
hier hoger dan 2000m is het aanvankelijk vrij fris, later kan de trui uit
de bodem zit vol spleten en gestolde lavastructuren
beneden is een kleine krater, een doel waar stappers naartoe gaan, Formica Léo op 2218m. De krater zou gevormd zijn tijdens een uitbarsting in 1757
De wanden zijn vele honderden meter hoog, ze omsluiten meer dan de helft van de cirkel rond l’enclos (het ingesloten gebied rond de berg), de caldera of kraterbodem. Het open gedeelte is het gebied waar de lava stroomt, richting zee in het zuidoosten. Het eindpunt is de Piton de Partage , 2360m hoog
(foto genomen in het museum)hier is duidelijk te zien dat de lava langs de open zijde, het zuidoosten van het eiland, naar beneden vloeit en La Réunion in oppervlakte doet toenemen
de bijna loodrechte wand van de krater aan onze rechterzijde, Rempart de Bellecombe genoemd
Waarschuwing: het klimaat kan in de Enclos plots heel sterk wisselen. De randen van de vulkaan zijn zeer instabiel, dus niet betreden (op 19-22 september 2022 was er nog een uitbraak), nooit de gemarkeerde paden verlaten (ze zijn mooi afgeboord op regelmatige afstanden met witgeverfde stenen)
een stenen infocirkel vertelt ons de naam van al de verschillende structuren
na een lange tijd wachten zien we uiteindelijk de top van de vulkaan even tevoorschijn komen, niet voor lang echter
Hier vertrekken enkele wandelingen, ze gaan echter allemaal in de krater, vele honderden meter naar beneden. Daar kiezen we niet voor, we wandelen de eerste 10 minuten en dan keren we terug
de wandelingen staan op een kaart aangeduid, daarnaast is er ook wat bijkomende info, wandeling 7 en 8 echter kan (officieel) niet gemaakt worden tot de kraterrand ,wegens instabiliteit
waarschuwingen worden hopelijk niet in de wind geslagen
hier en daar zijn er bloeiende struikjes
De wolken dalen, het zicht vermindert. We keren terug naar beneden.
en het resultaat
klein in het grote landschap
waar de helling begint, is er weer asfalt
235m diep was dit kratertje, en 200m diameter, hier zijn de wanden loodrecht. De uitbarsting zou ongeveer 2000 jaar geleden plaats gevonden hebben. Deze krater wordt als de meest indrukwekkende van het eiland beschouwd. Nadien is de holte wel deels opgevuld
de schuine zijde
de plantengroei boven het bos
Stephan gaat nog iets verder omhoog, het zicht daar is niet verschillend
Terug bij de N3 bevindt zich een zeer interessant museum ‘Cité du Volcan’. Ons bezoek duurt meer dan 2u.
het bezoek start met een korte wandeling door een fictieve lavatunnel
Katia Krafft en haar echtgenoot, vulkanologen (zij was de eerste vrouwelijke vulkanologe) zijn in feite de start geweest van dit museum.
Hier leren we dat de Enclos, de laatst gevormde caldera, komvormige krater, is, 4500 jaar geleden en een diameter heeft van 8km.
Wat leren we nog meer? Het Hete Punt( Hot Point) in de Indische Oceaan heeft ooit India gevormd, dat dan naar het noorden is opgeschoven. Later werden ook Mauritius, en recenter La Réunion door het Hete Punt gevormd
Een Heet Punt is het resultaat van een het opstijgen van een hete massa die ontstaan is tussen de binnenste kern en de buitenste kern van de aarde. Hierdoor wordt het magma tussen aardlagen door naar boven geperst. Het is de oorzaak van het ontstaan van een reeks vulkanen
Deze vulkanen zijn vooral gekenmerkt door het uitvloeien van lava, en beperkt in de lucht spuiten
Piton de la Fournaise is zo een Heet Punt vulkaan
Daar tegenover bestaan er veel vulkanen die explosieve uitbarstingen kennen
Er is nog heel wat uitleg met figuren en filmen over het ontstaan van La Réunion, hoe snel vegetatie op land en in zee op gekoelde lava begint te groeien
Ondertussen zit alles in de wolken, het is rijden in de dikke mist.
Ons verblijf ligt op 1680m hoogte, de eigenares vertelt dat ze in november dit jaar, heel ongewoon, 3 nachten temperaturen beneden 0° gehad hebben. Hier brandt verwarming, ’s avonds wordt het haardvuur aangestoken… van microklimaten gesproken ….
Ons verblijf wordt al 23 gerund door een koppel metro’s (Fransen uit het moederland Frankrijk) uit het zuiden, ze spreken met een Occitan accent. Het huisje, met 3 kamers geeft een berghutgevoel
de drie kamers beneden hebben allemaal een deur naar buiten
de gemeenschappelijke living (daarnaast is er ook nog een kleine keuken)
Maandag zelfde wolken, we wandelen of rijden dus niet naar een uitzichtpunt.
Het vervolg van de N3 gaat over de pas Bellevue op iets meer dan 1600m hoogte, dus vanaf Bourg Murat blijven we min of meer op dezelfde hoogte. Daarna dalen we af in vele haarspeldbochten. Bij één ervan hebben we een beperkt uitzicht op La Plaine des Palmistes.
lager op de helling ligt La Plaine des Palmistes
de hellingen zijn hier mooi groen, heel goed te begrijpen met al deze wolken, niet permanent, toch een groot deel van het jaar
er zijn hier vele ‘piton’s’ toppen met elk een naam
Hier werden vroeger palmen gekweekt, enkel en alleen voor de ‘palmharten’, die op het menu van duurdere etablissementen stond/staat. Nadien was de palm dood. Nu staat er geen enkele van deze palmen meer
de hellingen zijn hier begroeid met boomvarens, we zien ongeveer niets anders. Het is een endemische plant op La Réunion, Alsophila glaucifolia of ook wel Cyathea glauca, genoemd, afhankelijk van de persoon die dit species heeft beschreven. Blijkbaar is er wetenschappelijk nog niet veel bekend over deze soort
Ons eerste bezoek is aan ‘Domaine des Tourelles’, het blijkt ook ons enige bezoek te zijn, want het Huis van het Nationaal Park, evenals de toeristische dienst hebben beslist van te sluiten op zondag en maandag, zowel op internet als in de gidsen staat er anders vermeld.
Domaine des Tourelles heeft enerzijds een mooi gebouw, een tuin met veel info en er zijn lokale kunstenaars die er een atelier hebben. In het gebouw kan men als toerist alles kopen wat op het eiland voor toeristen te koop is
het hoofdgebouw, vrij groot
mooie bloemen in de grote voortuin
Het domein werd in het midden van de 19de eeuw eigendom van ene Begue, een naam die hier veel voorkomt. Volgens beschrijvingen weet men dat hier op het einde van de 19de eeuw een mooi huis stond met een aantal gebouwen er rond (keuken, stallen, …). Er was toen ook al een terrassentuin voor het gebouw, tussen het gebouw en de straat
een deel van de huidige voortuin, vol met bloemen op verschillende terrassen
Er komen nog 2 eigenaars tot in 1923 ene Joseph Alexis Champierre de Villeneuve het domein koopt. Het is het zomerverblijf voor zijn gezin tijdens de hete maanden december-februari
een foto van de man, omstreeks 1920 genomen
Tijdens de jaren 1926-1927 is het gebouw volledig verwoest en er is een nieuw woonhuis gekomen. Het gebouw is 370m2, er is een groot salon en eetkamer en zowel opzij als achteraan een veranda.
de veranda aan de zijgevel is vrij klein
ook achteraan is het terras, naar de toenmalige mode, niet erg groot
De façade zelf is origineel met zijn 2 torens en geïnspireerd op een gebouw uit de hoofdstad
De familie woont hier tot het einde van de jaren 1940, de man zelf, zijn vrouw Félicie, hun 4 zonen Marcel, Alexis, Christian en Jean
Tot het einde van de jaren 1940 was deze villa de meest luxueuze van La Plaine des Palmistes. De familie ontving er ook heel wat gasten.
Het leven van de man startte in alle luxe, maar op het einde was het enkel nog kommer en kwel, vooral voor zijn kinderen
de familie stierf dus zo ongeveer uit
In 1955 werd het gebouw verkocht aan een organisatie die er een vakantiekolonie installeerde zodat ook minder begoede kinderen een vakantie in de bergen konden doorbrengen (denk aan de preventieve luchtkuren van de CM). In 1963 werden er enkele betonnen bijgebouwen neergezet.
Op het einde van de jaren 1980 was het gebouw een ruïne. Het werd toen overgenomen door een officiële instantie , om het gebouw in al zijn glorie te herstellen en om het te gebruiken voor toeristische doeleinden. Tussen 1991 en 1993 werd het gebouw hersteld. Enkel originele tegels werden bewaard.
Onder invloed van de gemeente La Plaine des Palmistes werd het gebouw voorbestemd voor kunstenaars en de verkoop van kunstartikelen. De betonnen gebouwen werden afgebroken en er werden lokalen voor handswerklieden ingericht rond het hoofdgebouw.
We wandelen eerst rond in de tuinen, eerst nog in de voortuin, die de rijkdom van de eigenaar moest uitstralen
wegens het klimaat ook bloemen die wij kennen in België
alle kenmerken van een Creools huis
singlets worden enkel nog gebruikt tijdens de restauratie van oorspronkelijke Creoolse gebouwen
passend in het kader is hier nog een oud destilleertoestel te zien
en de bijhorende Pelargonium
met de volledige bijhorende uitleg
Tamarinde van het hooggebergte(Acacia heterophylla) is te vinden tussen 1200 en 1700m hoogte, o.a. is de bergen ten westen van dit dorp. Ooit werden ze gebruikt o schepen te herstellen en schepen te maken. Het is een edele houtsoort die ook gebruikt werd door meubelmakers (van luxe meubels) en om de houten vloeren in de grote villa’s te vervaardigen. Singlets voor daken werden ook (deels) in deze houtsoort gemaakt
Op lagere hoogte is er ook nog tamarinde te vinden, maar de kwaliteit van dat hout is minderwaardig
hier staan enkele bomen met afbladerende witte schors, de hooggebergte Tamarinde
bladeren van deze bomen
We lezen ook nog dat hier 2 soorten blanken toekwamen: les grands blancs, de suikerbaronnen, de grootgrondbezitters, en, les petits blancs, veelal Bretoenen die hier met schepen toekwamen, landbouwers, vissers, maar niet konden concurreren met de grootgrondbezitters. Veel van deze mensen hun nakomelingen en zwarte mensen, leven in de bergen, doen er aan landbouw, maar hebben zeker geen luxe-leven
We wandelen nadien nog even rond in het dorpje
de kerk
de ronde kerk binnenin
het gemeentehuis, een groot gebouw
voorzijde van het gebouw, we gaan er binnen via de achterdeur die open staat
Europa sponsort hier heel wat
De burgemeester spreekt ons aan, een korte babbel.
We keren terug, alles zit nog steeds in de wolken.
Vanuit het hooggebergte dalen we af naar de Wilde Zuidkust. Vanaf Saint-Pierre tot Saint-Philippe is de kust heel onherbergzaam. Een groot deel van dit gebied is gebouwd op oude lavastromen, voorbij Saint-Philippe zijn er hellemaal geen dorpen meer, omdat daar regelmatig nog een lavastroom vanaf de Piton de la Fournaise tot in de zee loopt.
op deze kaart is de Wilde Zuidkust onderlijnd, we verblijven in Saint-Joseph, in rood onderlijnd
Ons verblijf heeft de naam Sweet Home, een Franse B&B à la Réunionaise. Hier zijn 2 kamers. We hebben aan de kamer een groot terras, waar het ’s avonds nog goed zitten is om te eten.
Bij de afdaling vanuit Bourg Murat, slaan we in Le Tampon af richting oosten. Dit is een weg door de bergen, minder druk en mooi. Meestal is er rechts van ons een hoge rotswand en hebben we af en toe links een ravijn, we steken ook heel wat ravijnen over. Af en toe is er een dorpje, en dan weer in de wilde natuur
Waar het enigszins mogelijk is, omwille van de helling, is er suikerrietaanplanting.
Ten noorden van Saint-Joseph slaan we af richting binnenland. Op het einde van die weg komen we op Plaine des Grégues, een vlakte op iets minder dan 700m hoogte, omgeven door hogere hellingen van het gebied van de Piton de la Fournaise
op deze kaart zijn de plaatsen aangeduid, ze liggen in de invloedssfeer van de vulkaan Piton de la Fournaise
de omgeving van de hoogvlakte
De Plaine des Grégues is bekend voor de teelt van gember, kurkuma en arrow-root. Wij gaan langs bij het Maison de la Curcuma, het huis van de kurkuma.
In een korte film zien we dat kurkuma een tweejarige plant is, dat enkel de wortels van tel zijn en dat er bij die wortels nog een onderscheid gemaakt wordt tussen het centrale deel, waarboven de stengel en de bladeren groeien, en de zijwortels. De bereidingswijze om uit de wortel het kurkumapoeder te maken wordt ook uitgelegd.
links het centrale deel van de wortel, waar de concentratie aan curcumine 5x hoger zou zijn, rechts de zijwortels. Bij beiden is er ook een potje poeder, het linkse heeft een sterkere geur dan het rechtse
Kurkuma wordt ook wel Geelwortel genoemd omwille van zijn kleur. Deze stof wordt o.a. toegevoegd om paellarijst geel te kleuren, het is de gele kleurstof in curry… . Het is in Europa goedgekeurd als voedingsadditief met het nummer E-100. Er ontbreken vooralsnog wetenschappelijke bewijzen dat curcumine (de actieve kleurstof in de wortel) een positieve invloed zou hebben op de gezondheid. (cucurmine kan trouwens ook synthetisch bereid worden)
het gebruik van kurkuma
en dan natuurlijke ook de verkoop van de producten …
Arrow root of Pijlwortel is een overblijvende tropische plant. Uit de wortel wordt licht verteerbaar zetmeel gevormd, een product dat blijkbaar in de handel dikwijls vervalst wordt.
behalve deze gewassen zien we nog kleinere plantages met guavebomen, bij de kleinere zien we nog bloemetjes, de grote dragen oranje vruchten
We dalen af naar Saint-Joseph. Het stadje is niet erg aantrekkelijk, er gaat een ravijn door het centrum
bij het centrum is er een grote houten voetgangersbrug over de ravijn
er is een klein stroompje water, er zijn bouwwerkzaamheden om de wanden te verstevigen
richting Oceaan. Bijna bij de monding stroomt het water in buizen onder de rijweg, daar rijden auto’s via een asfaltweg door de ravijn. Ook wij rijden er over
aan de overzijde van de brug staat er een kerk gewijd aan Sint-Jozef
tegenover de kerk bevindt zich het stadhuis
Langevin is een deelgemeente van Saint-Joseph. We rijden daar richting Marine, de plaats waar een baan eindigt bij de oceaan. Op de wegwijzer staat er ook Embarcadère vermeld, de plek waar men kan inschepen. Hier op La Réunion is er niet in te schepen, in Langevin is er een plaats, een helling, voorzien waar vissers eventueel hun bootjes in zee kunnen laten, of ze weer aan land trekken.
er ligt een zestal kleine vissersbootjes bij het ‘haventje’
hoog op een zuil staat er een Mariabeeld. Ze moet de vissers beschermen tegen alles wat fout kan lopen
de helling eindigt tussen 2 hoge lavarotsen, de golven worden op de helling geworpen en dan in volle hevigheid terug getrokken. Er is een handgreep beneden lang de helling, zo te zien geen sinecure om een bootje veilig in en uit het water te laten
hier wordt de golf op de helling gegooid
om dan een fractie van een seconde later het water weer weg te zuigen, daarna is de volgende golf er …
We wandelen eerst even kort richting westen, de afstand is er beperkt
veel pikzwarte lava met heel scherpe punten, en de oceaangolven die er op uiteen spatten
Daarna wandelen we richting oosten, naar Pointe Langevin, een goed en breed pad, af en toe gaan we iets dichter bij de zee, maar door de dikke lava, blijven we een heel eind boven het water
het ganse gebied bestaat enkel uit lava, afkomstig van de Piton de la Fournaise. Hier en daar is er al een deel van de lava losgeslagen
enkel vogels kunnen hier komen …
op de lavarotsen bij de zee groeit er niets
links van ons wandelpad is de vegetatie weelderig, er staan hier ook cactussen
op 2 plaatsen zien we een grote mooie gele bloem, rechtstreeks groeiend op een deel van de cactus
Wat verder is er een afslag naar Pointe Langevin. Historisch, zouden we zeggen, meer dan 30 jaar nadat we op Kaap Matapan (Griekenland), op het meest zuidelijke punt van het Europese vasteland stonden, komen we nu op het meest zuidelijke punt van Europa …
dit geodetische punt ligt op enkele 10-tallen meter van het echte punt, een stuk lava
21°23’23,00” zuiderbreedte , dus nog binnen de keerkringen, en 55°38’47,27” oosterlengte
de rots, het eigenlijke zuidelijkste punt, is aangeduid met een pijl
Iets verder ligt de deelgemeente Vincendo, op zich niets speciaals. Ook hier is een weg naar Marine, kunnen we bij de zee komen.
hier zijn we bijna op zeeniveau, tussen ons en de zee ligt weer een pak lavarotsen. Om hier over te klimmen mag je een stalen pak aantrekken, de lava is verschrikkelijk puntig en scherp
omdat we bijna op zeeniveau zijn wordt er toch gewaarschuwd, hoge golven en haaien zijn hier blijkbaar een reëel gevaar
en wie het nu nog niet weet, de noodnummers zijn vermeld…
ook hier weer Mariabeelden, mensen zijn hier gelovig (mix van godsdiensten) en bijgelovig …
We wandelen een stukje richting oosten
het lijkt hier een kleine baai te zijn, maar dat houdt de golven niet tegen
hier is een strand met heel fijn, pikzwart zand, resultaat van een langdurige werking van het water en de wind op de lava. Ook hier liggen grote keien, in het regenseizoen is hier blijkbaar een steile waterval
oudere lava, al volledig begroeid
alhoewel … hier en daar, waar stukken lava afgebroken zijn, zien we dikke lagen lava
hoge golven komen aangerold en slaan over …
… de golf valt op het terugkerende water, het klinkt als de donder …
… en het water spat op
ook aan de westelijke zijde liggen er zwarte rotsen in de zee
de sporen van de stromen lava zijn nog steeds te zien, hoewel deze al erg oud moet zijn
hier en daar staat of zit er iemand te vissen, met lange lijnen die een heel eind uitgegooid worden. Opspattend water zorgt voor een continue afkoeling van de vissers
Voorbij Saint-Joseph komen we in Saint-Philippe. Ook hier rijden we richting zee, naar Cap Méchant. Gezien vanuit het oogpunt van schepen (en vooral die van piraten) is elk uitsteeksel in de lava een gevaar. Vele boten zijn hier gestrand en vergaan, ook van piraten.
Wanneer we uitstappen komt een oudere vrouw naar ons toe en begint allerlei bezweringen en geloofsuitingen te brabbelen. Voordeel voor ons is, als we niet goed luisteren, verstaan we haar niet. Blijkbaar spreekt ze zo iedereen al jaren aan, ze staat zelfs in de reisgidsen vermeld (en die dateren al van voor covid).
we dalen wat af vanaf de parking. Hoge rotsen beletten echter dat we bij de zee kunnen komen, we lopen op de rotsen
deze put wordt Puit Français genoemd. Misschien had die te maken met drinkwater voor scheepvaarders, misschien ook wel met verstopplaats van Franse piraten …
op weg naar de uitzichtpunten is er vooral begroeiing van Padanus en van Casuarine
Cap Méchant bestaat uit een ganse reeks hoge basaltrotsen
dichtbij het vaste land is er een tunnel in de rotsen omdat er een deel is ingestort.
Basalt is echter steviger dan lava, dus de brug is nog bruikbaar. Iedereen kan er boven lopen
ook hier een spel van kleuren en golven en zwarte rotsen
soms hoog boven ons, soms ver van ons, maar steeds goed herkenbaar aan zijn staart, vliegt hier de Witstaartkeerkringvogel (Phaethon lepturus). Deze vogel is het embleem van Air Mauritius, we zagen de vogel daar niet. De Witstaartkeerkringvogel maakt zijn nest in onbereikbare rotsen, en die zijn hier in overvloed voorhanden
turend en kijkend, waar komen de vogels weer tevoorschijn ….
hoog op de rotsen is er een nest van de Witstaartkeerkringvogel, we zien het jong regelmatig bewegen
tegen de zwarte achtergrond is de vogel goed te zien, maar moeilijk te fotograferen
maar steeds goed herkenbaar aan zijn lange staart
de hoge basalten zuilen
blijkbaar is dit één van de mooiste plaatsen van de ‘wilde zuidkust’
hier lopen we een eind boven de tunnel
de grillige kust verder westelijk
plots wandelen we op zacht kort gras
de vegetatie past zich aan aan de bodem …
hier en daar steekt nog een stuk scherpe lava uit boven het gras
We keren terug naar de parking. Een dame vervaardigt allerlei spullen uit behandelde Padanusbladeren
Langs de N2 zijn er tussen Saint-Joseph en Saint-Philippe 2 stations waar suikerriet aangevoerd en gewogen wordt. Daar wordt het suikerriet overgeladen en naar de suikerfabriek gevoerd. Op het weegstation wordt ook het suikergehalte bepaald, maar het bedrijf Tereos verandert blijkbaar te midden van de suikercampagne de overeenkomst eenzijdig en in het nadeel van de boeren ….
de waag is goed zichtbaar wegens de heel hoge kranen
naast de waag bevinden zich de ruïnes van de voormalige suikerfabriek van Baril (een deelgemeente van Saint-Philippe)
heel wat suikerriet wordt hier per voormiddag aangevoerd
Wat verder slaan we links af waar het natuurgebied van Mare Longue is aangeduid. De zijweg is niet erg breed en niet overal even goed geasfalteerd. De weg gaat de bergen in, het bos ligt een eind hoger. Het is een aantal kilometer klimmen, gelukkig wordt de weg niet veel gebruikt. Een tijd later wijst een zijweg de richting aan van de botanische wandelingen, nog 1,5 km langs een niet erg goede weg. De parking is beperkt, we vinden toch een plaatsje.
Het gebied hier is nog een origineel oerwoud. In tegenstelling tot Mauritius heeft La Réunion nog heel wat oerwoud over met endemische bomen en planten. De reden daarvan is dat de hellingen hier heel steil zijn, voor de pioniers waren deze wouden veel moeilijker bereikbaar, dus Mauritius werd geplunderd, La Réunion bleef deels gespaard.
Er zijn verschillende wandelingen, ze starten allemaal aan hetzelfde punt. Vele bomen dragen een naambordje, dus we kunnen het een en het ander opzoeken
een boom met een grillig gevormde stam …
.. met enkel heel hoog het bladerdek (tot 15m), endemisch in Mauritius en La Réunion, Bois Maigre (Nuxia verticillata), groeit op een hoogte tussen 100 en 2000m. De bladeren worden gebruikt als thee (https://tisanesdebourbon.fr/products/bois-maigre-nuxia-verticillata-feuilles-sechees-sachet-40g) en (https://arbres-reunion.cirad.fr/especes/loganiaceae/nuxia_verticillata_lam.html)
een ander endemische boom op Mauritius en La Réunion, Bois de Natte (Labourdonnaisia calophyloides)
de bomen groeien op oude lava, nog goed te zien en weinig bedekt (tenzij door wortels)
veel onderbegroeiing en absoluut geen effen pad
een mooi bos om door te wandelen
opvallende bovengrondse wortels, endemisch n Mauritius en La Réunion, Bois de Pomme blanc (Syzygium borbonicum), een plant die als maar zeldzamer wordt en tot 20m hoog kan groeien
een stuk lava, precies nog maar net geperst
endemisch op Mauritius, Bois de Canelle (Ocotea obtusata), dit is niet de Ceylonkaneel zoals wij die kennen. Het zijn de bladeren die een kaneelgeur vertonen
het pad is bedekt met wortels, daaronder zit lava
allerlei soorten mos, hier lijken ze blaadjes te hebben met de vorm van een (getekende) kerstboom
allerlei soorten varens bedekken de bodem
een reuzenslak met haar huis
gelukkig is het pad goed aangeduid …
eindelijk eens een mooie vogel, de Maskarenenparadijsmonarch (Terpsiphone bourbonnensis)
en toch ook een bloeiende bloem
Een prachtig gebied
We rijden verder door richting Saint-Philippe. Enkele km voor het stadje gaat er een bosweg richting binnenland. Na een paar honderd meter wordt de grondbedekking zeer slecht. We parkeren, tussen de vele andere auto’s, het is maar even stappen tot de ‘Jardin des Parfums et des Epices’ (Tuin van de geuren en de kruiden). We sluiten aan bij een gegidste rondleiding, nog steeds kunnen we bijleren
Kaneelbomen (Cinnamomum verum) groeien snel, jaarlijks moet men stammen en takken verwijderen om te beletten dat de planten gaan woekeren. Hier worden de takken ontdaan van hun bast
de bast moet nog enkele behandelingen ondergaan om als kaneelstokje verkocht te kunnen worden
de liaan waaraan de groene perperbollen groeien (Piper nigrum). De groene peperbolletjes zijn de onrijpe vruchten. Worden de groene bolletjes geplukt, dan zullen die na vrij korte tijd zwart worden door de reactie met zuurstof uit de lucht. Laat men die zwarte bolletjes dan drogen, dan bekomt men zwarte peper. Wordt het buitenste, zwarte, vlies verwijderd, dan verkrijgt men witte peper. Maalt men zwarte peper fijn, dan krijgt men enerzijds de zwarte kleur van het vlies en anderzijds de witte kleur van de kern, dit is dan grijze, gemalen peper.
(Rode peper is helemaal geen peper maar afkomstig van een andere plant)
de Bimbli vruchten, familie van sterfruit, zeer zuur door het aanwezige oxaalzuur, en zeer goed om hardnekkige vlekken te verwijderen
Kruidnagelboom (Syzygium aromaticum). Bloemknoppen zijn te zien. Wanneer men de nog gesloten bloemknoppen droogt, dan krijgt dit de naam Kruidnagel. Naast het gebruik in de keuken, wordt het ook in de tandheelkunde gebruikt. De olie van kruidnagel zorgt voor verdoving voordat een tand behandeld wordt
de beide rode bloemknoppen zijn al open, dus niet meer bruikbaar. De gele knop is nog gesloten, men kan ze drogen en dan heeft men een bruine kruidnagel
het rode blad is het schutblad (dus geen bloem). De staaf is de bloeikolf. Hierop zitten de bloemetjes, zeer klein. Onderaan de vrouwelijke bloemen, daarboven de mannelijke bloemen. Om nu bevruchting te krijgen, moet het stuifmeel van de mannelijke bloemen op de stamper van de vrouwelijke bloemen gebracht worden. Dit gebeurt door vliegen.
na de bevruchting worden de vruchtjes gevormd, waardoor de bloeikolf zijn vorm verliest.
Jackfruit (Artocarpus heterohyllus) kan enorm groot worden en meer dan 50kg wegen. Net zoals cacao groeit de vrucht rechtstreeks op de boomstam, dus niet aan een tak, dit verschijnsel noemt men cauliflorie.
In feite is dit niet één vrucht, maar een verzameling van honderden vruchtjes, een multivrucht. Elk van de punten op de schil is een vrucht, die uit een vrouwelijke bloem is ontstaan. De bloeiwijze bestaat dus uit zeer veel vrouwelijke bloemetjes
een blad van de kurkumaplant
de gids
We staan aan een volgende boom, waar hoog bovenaan veel vruchten hangen. Plots geeft de gids zijn strohoed aan een deelnemer en klimt hij gezwind in de boom
de vruchten hoog in de boom
het gaat aan een heel snel tempo tot boven in de boom, de man is rond de 60 jaar...
blijkt dat het hier gaat om een Muskaatnootboom (Myristica fragrans). De vrucht is een doosvrucht. Wanneer die rijp is springt ze open (hier heeft de gids ze manueel geopend). De harde kern komt vrij, ze is nog omgeven door een dikke olieachtige zaadmantel. Men laat de zaden drogen de dikke mantel wordt verwijderd (gemalen is dat dan foelie, een andere specerij). Het binnenste deel is de muskaatnoot (deze is nog onrijp)
hier komen we dan bij de vanille-orchis. De orchidee zelf is ’s morgens open en sluit rond 12u30 (de gids noemt het een syndicaatbloem, tijdens de namiddag is ze gesloten). De manuele bevruchting moet dus ’s morgens gebeuren
de niet bevruchte bloem verwelkt en valt af. Het vruchtbeginsel blijft voorlopig nog groen en staat vertikaal. De bevruchte bloemen verdorren, het vruchtbeginsel angt naar beneden. Aan de hand van de grootte weet de gids hoeveel dagen geleden de bevruchting gebeurde.
al de andere orchideeën zijn er om mooi te zijn, enkel de vanille-orchis wordt in de voeding gebruikt
we komen bij de Victoria-ananas, behorend tot de Bromelia-familie. Wat wij als vrucht beschouwen is helemaal geen vrucht, het is een samengestelde schijnvrucht. Het dikke vlezige gedeelte (dat dikwijls wordt verwijderd) is in feite de bloeistengel. Net zoals bij Jackfruit zitten er op de bloeistengel vrouwelijke vruchten, die samengroeien tot de ananas. Het buitenste deel van de ananas bestaat uit punten waarop de kelk- en kroonbladeren te zien zijn. In ananas zit bromelaïne, een groep van enzymen waaronder proteasen, eiwitsplitsende enzymen. De hoogste concentratie aan bromelaïne zit in de harde vlezige stengel.
er bestaat ook wilde ananas. Hier is het gehalte bromelaïne echter zoo groot, dan de consumptie van meer dan 1 snede, negatief werkt op het menselijk lichaam
dan zien we nog enkele grote, dikstammige bomen, de lychee-boom
er liggen vele, afgevallen kleine lychees op de grond
Terug in Sweethome is het nog even nagenieten tot de zon onder gaat
Verder oostelijk komen we bij de Puits arabes, een locatie waar een drinkwaterput werd gemaakt rond 1830 door Europeanen gebruik makend van een techniek door Arabieren uitgevonden. We komen hier niet voor de put, wel om een wandeling te maken in het vulkanische landschap
locatie van de wandelplek op de lava
Vanaf Saint-Pierre langs het oosten tot aan de hoofdstad Saint-Denis in het noorden, is de nummering van de weg N2. Hier echter helemaal geen snelweg.
We rijden tot de aanduiding Puits arabes, een zijweg leidt ons richting oceaan. Er is op het einde van de weg een grote parking en veel picknickplaatsen
daar voorbij ligt voor ons een pikzwart lavaveld. De enige kleur zijn de droge bladeren van de casuarine
een beter zicht op de lava
het beeld veel lichter gemaakt zodat de stromingen van de lava goed zichtbaar zijn
Alle foto’s maak ik lichter, in het andere geval is de helft pikzwart
soms is er een pad, soms gaat de route over de lava, die soms afgerond is, maar meestal scherp is
soms komt het pad dichter bij de zee, maar steeds ligt het een eind hoger wegens de dikke pak lava
één constante, de golven beuken met veel geweld op de zwarte lava
het moeten enorme stromen lava geweest zijn, gewoon uit de vulkaan uitgevloeid, niet uitgespuwd….
De lava waarop we nu stappen is van 1986 , toen de Piton Takamaka is uitgebarsten (of beter is uitgevloeid).
Tijdens een periode van 15 dagen (19 maart tot 5 april 1986) hebben er in dit gebied op verschillende plaatsen uitbarstingen en uitvloeiingen plaats gevonden. Het was een super-vulkanische-activiteit.
aanduiding van de positie van de Piton de Takamaka ongeveer is
We komen bij een infobord dat bijna niet meer te lezen is, helemaal verbleekt. Ik kan het pas lezen op de computer door de foto vele malen donkerder te maken
de vormen, figuren, … die in de lava te zien zijn, worden Hawaiaans genoemd. Deze lava is van de grote uitbarsting van 1776 toen de gloeiend hete lava (1000 tot 1200°C) zich in de zee stortte waardoor al deze ‘kunst’ gevormd werd
op die oude lava is de vegetatie al weelderig, lava bevat immers veel mineralen die planten uitbundig laten groeien. Een Padanus woud (Padanus utilis) is geen boom, is geen palm. De plant heeft luchtwortels en een samengestelde vrucht (zoals de ananas). De vruchten worden in o.a. salades gebruikt, de bladeren worden gedroogd om er o.a. tassen en hoeden van te maken
een van de vele vruchten die samen de Padanus-multivrucht vormen
er staat nog steeds een bord met de melding dat het pad gesloten is. De reden was dat een gestrande (lege) olietanker tijdens een cycloon op lava uit 2007 op de klippen gegaan is, waarbij er nadien opruimingswerken op zee moesten gebeuren, omdat er toch olie gelekt was. Het bord is men vergeten wegnemen
waar we van de kliffen moeten afdalen is er een mooie trap gemaakt
de kliffen zijn in feite grote basaltzuilen
de wandeling is aangeduid met blauwe en gele strepen, en met rode uitroeptekens, op stenen of op bomen geschilderd
hier en daar een bloeiende plant
geen 2 beelden hetzelfde, overal bizarre vormen en structuren …
dan weer door het bos over oudere lava
door het Padanus-woud met vele afgevallen en vrij droge bladeren op de grond
af en toe een agave
pad niet verlaten, er zijn immers regelmatig spleten tussen lavablokken
hier bij Pointe de la Table heeft de lavastroom van 1986 La Réunion 35 ha groter gemaakt. Het land is 200m verder in de zee, over een lengte van meer dan 1,5 km
eenmaal de lava gestort, kan de erosie beginnen. Door de kracht van de golven wordt de lava in brokken uit elkaar geslagen, kleinere brokken en uiteindelijk ook lavazand
een bord geeft een eerder poëtisch beeld van de ramp in 1986: en rivier van vuur en hitte werd nadien een rivier van steen …
hier groeit nog geen enkele plant
‘de wilde kust’ is geen verkeerd gekozen begrip …
we zien nog de resten van het gestrande schip
Op 3 februari 2022, tijdens een cycloon, is een lege tanker uit Mauritius gestrand enkele km noordelijker, op de onderzeese lava uit 2007. Een week na de ramp zijn er in het zeewater toch resten van petroleum gevonden en heeft men het gebied moeten reinigen (Cyclone Batsirai : un navire mauricien s'échoue à Saint-Philippe, les opérations de sauvetage sont périlleuses - Réunion la 1ère (francetvinfo.fr) en (https://www.leparisien.fr/environnement/petrolier-echoue-a-la-reunion-operation-de-depollution-apres-la-decouverte-de-boulettes-de-fioul-28-02-2022-P2KQTXXRFJCS5JQAOVJDMXAXQU.php)
voor ons het eindpunt van de wandeling, we keren terug. De voorop gestelde wandeling was korter, maar het pad is ok om nog verder te stappen
de landkrab die we op de terugweg zien is nog veel groter dan deze van de heenweg (Cardisoma sp)
regelmatig zien we het zeewater hoog opspatten wanneer een golf gebroken wordt op een lavarots
We rijden iets verder noordelijk langs de N2 en we houden halt bij een wel erg speciaal vanille-producerend bedrijf
wel al gehoord over ‘blauwe vanille’, maar meer weten we er ook niet van. Benieuwd
allerlei prijzen, gouden medailles, …
alle officieel erkende vanille-bedrijven zijn verenigd in een beroepsvereniging
We hebben nog eventjes tijd voor een geleid bezoek begint, vandaar al de vorige beelden
De rondleiding begint met de menselijke ingreep bij de vanille-orchidee De gids stelt de vraag ‘wat doen wij bij deze bloem?’ allerlei mogelijke antwoorden komen er, geen enkele is echter juist (we hadden het ook mis voor, verkeerd geïnformeerd). Het antwoord is: wij zorgen voor het huwelijk
links in de witte kader is het vrouwelijk deel van de bloem met bovenaan de stamper, rechts zijn de meeldraden met de stuifmeelkorrels, en in het midden een vlies die beide van elkaar scheidt. Onder het vrouwelijke deel van de bloem is een verticale lijn getekend
we gaan naar buiten, de bloemen zijn nog net open. De bloemen van de vanille-orchidee openen zich ’s morgens en sluiten kort na de middag voorgoed. Door de vingers juist te houden kan men het huwelijk voltrekken zonder naburige bloemen te storen
met een doornig uitsteeksel van een plant wordt nu het vlies weggeduwd
daarna wordt het stuifmeel van de meeldraden en de stamper samen gedrukt, het huwelijk is voltrokken
Wanneer het niet te nat, iet te droog, niet teveel wind is, zal na 1 week de bevruchting plaats vinden onderaan in het vruchtbeginsel (onderaan de verticale lijn op de tekening).
Tijdens de bloeimaanden (september-december) worden hier per dag 1000 bloemen behandeld. In ideale omstandigheden gebeurt de bevruchting bij 80% van de bloemen.
gedurende de volgende drie maanden wordt de peul gevormd
Tijdens de daaropvolgende drie maanden worden de zaadjes gevormd, daarna duurt het nog minstens 3 maanden voor de peul kan geoogst worden
rechts de geoogste peulen.
Het is in de natuur zo dat de zaden moeten vrijkomen en moeten zorgen voor nieuwe planten. Daarom openen de peulen zich wanneer ze voldoende rijp zijn. Maar het klimaat, cyclonen, hevige regens, te grote droogtes, kan in deze periode een negatieve rol spelen waarbij er in het slechtste geval bijna geen peulen kunnen geoogst worden.
de gids geeft zijn uitleg
Wat gebeurt er nu klassiek?
Daarom worden na de oogst de peulen gedurende 3 minuten in water van 100°C gebracht. Daarmee wordt alle biologische activiteit stil gelegd (denk aan blancheren). De peulen worden bruin
Gedurende de volgende drie weken worden de peulen gedroogd, bij verschillende temperaturen.
Gedurende de volgende 8 maanden worden de peulen op houten schroten gelegd waarbij het aroma gevormd wordt.
Daarna kunnen de peulen per grootte gesorteerd worden en worden ze in bundels (op de markt) verkocht. Ze zijn dan nog beperkt houdbaar, maximum 18 maanden onder goede omstandigheden.
Bij Vanille Blueu, Blauwe Vanille, heeft de eigenares van dit bedrijf een totaal ander procedé op punt gesteld
Nicole Leichnig (zij komt uit Mauritius, is gehuwd met een man uit La Réunion) heeft op haar manier van werken een patent, dus we komen weinig essentieel te weten.
Waarover gaat het? De eerste vraag is, waar zit het aroma van de vanille, de vanilline? Het antwoord toont de gids ons
wanneer een niet met hitte behandelde peul, geopend wordt, dan ziet men een soort gel dat tussen de zaadjes in de peul zit, duidelijk te zien op de foto. Deze gel bevat het aroma van de peul.
Wanneer de peul klassiek verwarmd wordt, is de gel gestold en deels opgenomen door de zaadjes. Na verloop van vele maanden hebben de zaadjes het aroma gekregen
Bij het procedé Blauwe Vanille echter blijft de gel bestaan. Gedurende 2 jaar worden de peulen zorgvuldig behandeld, geen extreme temperaturen, geen droogte, … en verder het productiegeheim.
We spreken ook met de vrouw, ze is natuurlijk heel begeesterd.
Doordat de gel biologisch actief blijft neemt de ganse peul het aroma over. Hierdoor moet men niet bijvoorbeeld ‘1 vanillestokje meekoken’, maar is eens tukje van 3 cm voldoende om de vanilline aroma af te geven. Maak het stukje fijn in kleine stukjes en voeg het toe aan de bereiding, de ganse peul is bruikbaar
de dame is legt aan groot aantal vanillepeulen op tafels, we weten niet of ze klaar zijn voor verpakking, of dit een deel is van het proces
De peulen worden luchtdicht verpakt voor verkoop. Eenmaal thuis bij de koper aangekomen moeten ze in goed afsluitbare potten bewaard worden. Grootste probleem is de koude-shock van vliegtuigen. Nadien, bij het openen van de verpakking moeten de peulen afgedroogd worden voor ze in de glazen pot bewaard worden
We kunnen nog enkele recepten van beroemde chef-koks fotograferen. Weer veel bijgeleerd